Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. uitlandigheid:
  2. uitlandig:


Dutch

Detailed Translations for uitlandigheid from Dutch to English

uitlandigheid:

uitlandigheid [znw.] nomen

  1. uitlandigheid
    the absence abroad

Translation Matrix for uitlandigheid:

NounRelated TranslationsOther Translations
absence abroad uitlandigheid

Related Words for "uitlandigheid":


uitlandig:

uitlandig adj

  1. uitlandig (buitenlands)

Translation Matrix for uitlandig:

NounRelated TranslationsOther Translations
abroad buitenland; vreemd land
ModifierRelated TranslationsOther Translations
abroad buitenlands; uitlandig buitenlands; buitenslands; uit een vreemd land
in foreign parts buitenlands; uitlandig buitenlands; uit een vreemd land

Related Words for "uitlandig":