Summary


Dutch

Detailed Translations for uitvoerigheid from Dutch to English

uitvoerigheid:

uitvoerigheid [de ~ (v)] nomen

  1. de uitvoerigheid (breedvoerigheid; omstandigheid; breedsprakigheid)
    the prolixity
  2. de uitvoerigheid (ampelheid; uitgebreidheid)
    the elaborateness; the fulness of detail

Translation Matrix for uitvoerigheid:

NounRelated TranslationsOther Translations
elaborateness ampelheid; uitgebreidheid; uitvoerigheid
fulness of detail ampelheid; uitgebreidheid; uitvoerigheid
prolixity breedsprakigheid; breedvoerigheid; omstandigheid; uitvoerigheid omslachtigheid

Related Words for "uitvoerigheid":


uitvoerig:


Translation Matrix for uitvoerig:

NounRelated TranslationsOther Translations
general generaal; legeraanvoerder; veldheer
VerbRelated TranslationsOther Translations
elaborate preciseren; uitwerken
tedious etteren; vervelend doen
AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
ambitious groots; grootschalig; grootscheeps; uitvoerig; veelomvattend ambitieus; eerzuchtig; streverig
ample ampel; breedvoerig; omstandig; uitgebreid; uitvoerig overvloedig; rijkelijk; royaal; ruimschoots; scheutig; welvoorzien
broad breedsprakig; breedvoerig; langdradig; omslachtig; omstandig; uitgebreid; uitvoerig; wijdlopig brede; breed; breedgeschouderd; globaal; in details; in grote lijnen; uitgewerkt; wijd
comprehensive groots; grootschalig; grootscheeps; uitvoerig; veelomvattend cognitief; overvloedig; rijkelijk; royaal; ruimschoots; scheutig
elaborate breedsprakig; breedvoerig; langdradig; omslachtig; omstandig; uitgebreid; uitvoerig; wijdlopig doorwrocht; in details; lijvig; omvangrijk; overvloedig; rijkelijk; royaal; ruimschoots; scheutig; uitgewerkt; verregaand; volumineus
exhaustive breedsprakig; breedvoerig; langdradig; omslachtig; omstandig; uitgebreid; uitvoerig; wijdlopig accuraat; fundamenteel; gedetailleerd; gefundeerd; in details; minutieus; nauwgezet; nauwkeurig; onderbouwd; precies; secuur; uitgewerkt; wezenlijk; zorgvuldig
expansive breedsprakig; breedvoerig; langdradig; omslachtig; omstandig; uitgebreid; uitvoerig; wijdlopig in details; uitgewerkt
extensive breedsprakig; breedvoerig; langdradig; omslachtig; omstandig; uitgebreid; uitvoerig; wijdlopig extensief; in details; lijvig; omvangrijk; overvloedig; rijkelijk; royaal; ruimschoots; scheutig; uitgebreid; uitgewerkt; veelverbreid; verregaand; volumineus; wijdverbreid
general breedsprakig; breedvoerig; langdradig; omslachtig; omstandig; uitgebreid; uitvoerig; wijdlopig algemeen; generaal; globaal; over het geheel
lengthy ampel; breedsprakig; breedvoerig; langdradig; omslachtig; omstandig; uitgebreid; uitvoerig; wijdlopig eindeloos; ellenlang; langaanhoudend; langdradig; langdurig; ontzettend lang; vervelend; waar geen eind aan komt; wijdlopig
long-winded breedsprakig; breedvoerig; langdradig; omslachtig; omstandig; uitgebreid; uitvoerig; wijdlopig langdradig; vervelend; wijdlopig
tedious breedsprakig; breedvoerig; langdradig; omslachtig; omstandig; uitgebreid; uitvoerig; wijdlopig afgezaagd; bokkig; dwars; eentonig; koppig; langdradig; monotoon; saai; slaapverwekkend; stijfhoofdig; suf; taai; vervelend; weerbarstig; weerspannig; wijdlopig; zonder afleiding

Related Words for "uitvoerig":

  • uitvoerigheid, uitvoeriger, uitvoerigere, uitvoerigst, uitvoerigste, uitvoerige

Antonyms for "uitvoerig":


Related Definitions for "uitvoerig":

  1. met alle bijzonderheden erbij1
    • hij vertelde uitvoerig hoe het gegaan was1

Wiktionary Translations for uitvoerig:

uitvoerig
adjective
  1. op uitgebreide wijze
uitvoerig
adverb
  1. in an extensive manner; having great range; having wide breadth and depth
adjective
  1. expressed in more words than are necessary
  2. indirect in naming an entity; circumlocutory
  3. grammar: characterized by periphrase or circumlocution