Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. vrijheden:
  2. vrijheid:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for vrijheden from Dutch to English

vrijheden:

vrijheden [de ~] nomen, plural

  1. de vrijheden
    the liberties

Translation Matrix for vrijheden:

NounRelated TranslationsOther Translations
liberties vrijheden

Related Words for "vrijheden":


vrijheid:

vrijheid [de ~ (v)] nomen

  1. de vrijheid (ongebondenheid)
    the liberty; the freedom

Translation Matrix for vrijheid:

NounRelated TranslationsOther Translations
freedom ongebondenheid; vrijheid burgerlijk recht
liberty ongebondenheid; vrijheid

Related Words for "vrijheid":


Related Definitions for "vrijheid":

  1. toestand waarin je kunt gaan en staan waar je wilt1
    • hij heeft geen baan meer, maar hij geniet van zijn vrijheid1

Wiktionary Translations for vrijheid:

vrijheid
noun
  1. condition of being free
  2. The lack of a specific constraint
  3. not being imprisoned or enslaved

Cross Translation:
FromToVia
vrijheid freedom; liberty liberté — Droit de disposer de sa personne