Dutch
Detailed Translations for wet from Dutch to English
wet:
-
de wet (voorschrift; regel; regeling; reglement; orde)
-
de wet
the legal rule -
de wet
– regel van de overheid waar iedereen zich aan moet houden 1
Translation Matrix for wet:
Noun | Related Translations | Other Translations |
law | politie; politiemacht; rechten | |
legal rule | wet | rechtsregel |
prescription | orde; regel; regeling; reglement; voorschrift; wet | farmaceutisch recept; receptuur |
recommendation | orde; regel; regeling; reglement; voorschrift; wet | aanbeveling; aanprijzing; recommandatie; referentie |
regulation | orde; regel; regeling; reglement; voorschrift; wet | dienstvoorschrift; discipline; dwang; gehoorzaamheid; normalisatie; onderwerping; orde; reglement; reglementering; richtlijn; richtsnoer; tucht; verordening; voorschrift |
Not Specified | Related Translations | Other Translations |
law | wet |
Related Words for "wet":
Related Definitions for "wet":
wet form of wetten:
-
de wetten
Conjugations for wetten:
o.t.t.
- wet
- wet
- wet
- wetten
- wetten
- wetten
o.v.t.
- wette
- wette
- wette
- wetten
- wetten
- wetten
v.t.t.
- heb gewet
- hebt gewet
- heeft gewet
- hebben gewet
- hebben gewet
- hebben gewet
v.v.t.
- had gewet
- had gewet
- had gewet
- hadden gewet
- hadden gewet
- hadden gewet
o.t.t.t.
- zal wetten
- zult wetten
- zal wetten
- zullen wetten
- zullen wetten
- zullen wetten
o.v.t.t.
- zou wetten
- zou wetten
- zou wetten
- zouden wetten
- zouden wetten
- zouden wetten
diversen
- wet!
- wet!
- gewet
- wettend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for wetten:
Noun | Related Translations | Other Translations |
acts | wetten | aktes; certificaten; documenten; stukken |
institutions | wetten | bureaus; diensten; instituten |
laws | wetten | |
rules | wetten | discipline; dwang; gehoorzaamheid; onderwerping; orde; regelgeving; regularisatie; tucht |
strop | scheerriem | |
Verb | Related Translations | Other Translations |
grind | aanzetten; scherpen; slijpen; wetten | afslijpen; erafslijpen; fijnmalen; malen; vermalen |
sharpen | aanzetten; scherpen; slijpen; wetten | aanhalen; aanpunten; aanscherpen; aanslijpen; aanspitsen; punten; scherp maken; slijpen; verscherpen |
strop | aanzetten; scherpen; slijpen; wetten | |
whet | aanzetten; scherpen; slijpen; wetten |
Related Words for "wetten":
Wiktionary Translations for wetten:
External Machine Translations: