Home ->Dictionaries ->Dutch/English ->Search: gooi

Dutch and English Search Results for: gooi

Summary

Dutch to English: more detail...

gooi:
- throw; cast; fling; toss
gooien:
- throw
- throws; casts; shots; litters
Wiktionary:
- gooi → throw
- gooien → throw, launch, cast, pitch, shy
- gooien → throw, cast, pitch, toss, spit up, spit

Dutch

Detailed Translations for gooi from Dutch to English

gooi:

gooi [de ~ (m)] nomen

de gooi (handeling van gooien; worp)
the throw; the cast; the fling; the toss
- throw [the ~] nomen
- cast [the ~] nomen
- fling [the ~] nomen
- toss [the ~] nomen

Translation Matrix for gooi:

Noun	Related Translations	Other Translations
cast	gooi; handeling van gooien; worp	afgieting; afgietsel; cast-conversie; gietsel; gips; gipsverband; vorm
fling	gooi; handeling van gooien; worp
throw	gooi; handeling van gooien; worp
toss	gooi; handeling van gooien; worp
Verb	Related Translations	Other Translations
cast		afsmijten; afwerpen; smijten
fling		keilen; smijten
throw		gooien; naar beneden gooien; neergooien; op de grond gooien; slingeren; smijten
Modifier	Related Translations	Other Translations
cast		betoverd

Related Words for "gooi":

gooien

Wiktionary Translations for gooi:

gooi

noun

flight of a thrown object
- throw → worp; gooi

gooien:

gooien verb (gooi, gooit, gooide, gooiden, gegooid)

gooien (slingeren)
to throw
- throw verb (throws, threw, throwing)

Conjugations for gooien:

o.t.t.

gooi
gooit
gooit
gooien
gooien
gooien

o.v.t.

gooide
gooide
gooide
gooiden
gooiden
gooiden

v.t.t.

heb gegooid
hebt gegooid
heeft gegooid
hebben gegooid
hebben gegooid
hebben gegooid

v.v.t.

had gegooid
had gegooid
had gegooid
hadden gegooid
hadden gegooid
hadden gegooid

o.t.t.t.

zal gooien
zult gooien
zal gooien
zullen gooien
zullen gooien
zullen gooien

o.v.t.t.

zou gooien
zou gooien
zou gooien
zouden gooien
zouden gooien
zouden gooien

en verder

is gegooid
zijn gegooid

diversen

gooi!
gooit!
gegooid
gooiend

1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

gooien [de ~] nomen, plural

de gooien
the throws; the casts; the shots; the litters
- throws [the ~] nomen
- casts [the ~] nomen
- shots [the ~] nomen
- litters [the ~] nomen

Translation Matrix for gooien:

Noun	Related Translations	Other Translations
casts	gooien
litters	gooien	nesten; pasgeboren dieren; worpen
shots	gooien
throw		gooi; handeling van gooien; worp
throws	gooien
Verb	Related Translations	Other Translations
throw	gooien; slingeren	naar beneden gooien; neergooien; op de grond gooien; smijten
-	werpen

Related Words for "gooien":

gooi

Synonyms for "gooien":

werpen

Antonyms for "gooien":

grijpen; vangen

Related Definitions for "gooien":

met een zwaai uit je hand loslaten zodat het ergens anders terechtkomt¹
- hij gooide de bal in het net¹

Wiktionary Translations for gooien:

gooien

verb

het door de lucht verplaatsen van een voorwerp, al dan niet naar een doelwit
- gooien → throw

gooien

verb

throw, hurl, let fly, propel with force
- launch → lanceren; smijten; gooien; werpen
to throw forcefully
- cast → werpen; gooien; smijten
baseball: to throw the ball toward home plate
- pitch → gooien; werpen
to fling
- shy → gooien; werpen; weggooien
to cause an object to move rapidly through the air
- throw → werpen; gooien; smijten

Cross Translation:

From	To	Via
• gooien	→ throw; cast; pitch; toss; spit up; spit	↔ jeter — lancer avec la main ou de quelque autre manière.

External Machine Translations:

¹Muiswerk Woordenboek