Dutch
Detailed Translations for nuancering from Dutch to English
nuancering:
-
de nuancering
Translation Matrix for nuancering:
Noun | Related Translations | Other Translations |
differentiation | nuancering | differentiatie |
modification | nuancering | amendement; amendering; herziening; matiging; mindering; moderatie; modificatie; mutatie; tempering; verandering; wijziging |
nuancing | nuancering | schakeren |
refining | nuancering | beschaven; cultiveren; ontwikkelen; vormen |
Related Words for "nuancering":
Wiktionary Translations for nuancering:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• nuancering | → hue; shade; tint; nuance; slant; subtlety | ↔ nuance — peinture|fr imprimerie|fr chacun des degrés différents par lesquels peut passer une couleur, conserver le nom qui la distinguer des autres. |
• nuancering | → hue; nuance; shade; tint; slant; colour; dye | ↔ teinte — peinture|fr nuance de couleur. |
English
Detailed Translations for nuancering from English to Dutch
nuancering: (*Using Word and Sentence Splitter)
- nuance: nuanceren; schakeren; onderscheid aanbrengen in
- ring: ring; soort sieraad; bellen; aanbellen; piste; wielerbaan; rondje; cirkel; kring; opbellen; telefoontje plegen; iemand opbellen; ketting; keten; snoer; aaneenschakeling; telefoneren; door de telefoon praten; bonzen; kringel; kringvormig; overgaan; luiden; telefoontje; belletje; beieren; telefonisch bericht; cirkelvorm; kringen vormen