Interglot - ordening: Dutch and English Search Results found in the Interglot Translation Dictionary

Summary

Dutch to English: more detail...

ordening:
- arrangement; classification; disposition; ranging; position; marshalling; construction; building
Wiktionary:
- ordening → organization
- ordening → order, fine

English to Dutch: more detail...

ordening:
- ordenen; schikken

Dutch

Detailed Translations for ordening from Dutch to English

ordening:

ordening [de ~ (v)] nomen

de ordening (rangschikking; arrangement; indeling; opstelling; schikking)
the arrangement; the classification; the disposition; the ranging; the position; the marshalling
- arrangement [the ~] nomen
- classification [the ~] nomen
- disposition [the ~] nomen
- ranging [the ~] nomen
- position [the ~] nomen
- marshalling [the ~] nomen
de ordening (opbouw; samenstelling; structuur; organisatie; systeem)
the construction; the building
- construction [the ~] nomen
- building [the ~] nomen

Translation Matrix for ordening:

Noun	Related Translations	Other Translations
arrangement	arrangement; indeling; opstelling; ordening; rangschikking; schikking	arrangement; assemblage; assembleren; indeling; instrumentatie; montage; ordenen; orkestratie; plaatsing; regeling; samenstelling; samenvoeging; schikken
building	opbouw; ordening; organisatie; samenstelling; structuur; systeem	bouw; bouwsector; bouwwerk; constructie; gebouw; huis; opbouw; opbouwen; pand; perceel; samengesteld geheel; samenstelling; structuur
classification	arrangement; indeling; opstelling; ordening; rangschikking; schikking	categorie; classificatie; karakterisering; klasse; klassement; klassenindeling; klassenverdeling; klassering; rangschikken; rangschikking; typering
construction	opbouw; ordening; organisatie; samenstelling; structuur; systeem	aanleggen; bouw; bouwsector; bouwsel; bouwwerk; constructie; fabricage; gebouw; opbouw; opbouwen; pand; samengesteld geheel; samenstelling; structuur; werkzaamheden
disposition	arrangement; indeling; opstelling; ordening; rangschikking; schikking	aard; confessie; geaardheid; geloof; geloofsovertuiging; gemoed; gemoedsaard; gemoedsgesteldheid; gezindheid; gezindte; inborst; inslag; karakter; mentaliteit; natuur; overtuiging; temperament; vaststaande mening; vurigheid
marshalling	arrangement; indeling; opstelling; ordening; rangschikking; schikking
position	arrangement; indeling; opstelling; ordening; rangschikking; schikking	ambt; baan; betrekking; bewering; dienstbetrekking; functie; gesteldheid; gezichtshoek; gezichtspunt; houding; invalshoek; job; klasse; ligging; maatschappelijke klasse; oogpunt; orde; perspectief; positie; rang; slag; staat; stand; stand van het lichaam; standpunt; standpuntbepaling; stellingname; thema; toestand; zienswijs
ranging	arrangement; indeling; opstelling; ordening; rangschikking; schikking
Verb	Related Translations	Other Translations
position		plaatsen; positioneren; zetten

Related Words for "ordening":

ordeningen

Wiktionary Translations for ordening:

ordening

noun

quality of being organized
- organization → ordening

Cross Translation:

From	To	Via
• ordening	→ order; fine	↔ ordonnance — Disposition des choses selon l’ordre, la convenance.

External Machine Translations:

English

Detailed Translations for ordening from English to Dutch

ordening:

ordening [the ~] nomen

the ordening (arrangement)
ordenen; schikken
- ordenen [znw.] nomen
- schikken [znw.] nomen

Translation Matrix for ordening:

Noun	Related Translations	Other Translations
ordenen	arrangement; ordening
schikken	arrangement; ordening
Verb	Related Translations	Other Translations
ordenen		arrange; assort; catalogue; classify; group; list all the points; order; organise; organize; select; shunt; sift; sort out
schikken		arrange; fix; make up; order; patch up a quarrel; reconcile; regulate; settle; suit; suit one's convenience

External Machine Translations:

Dutch and English Search Results for: ordening

Detailed Translations for ordening from Dutch to English

ordening:

ordening [de ~ (v)] nomen

de ordening (rangschikking; arrangement; indeling; opstelling; schikking)

de ordening (opbouw; samenstelling; structuur; organisatie; systeem)

Translation Matrix for ordening:

Related Words for "ordening":

Wiktionary Translations for ordening:

Detailed Translations for ordening from English to Dutch

ordening:

ordening [the ~] nomen

the ordening (arrangement)

Translation Matrix for ordening: