Home ->Dictionaries ->Dutch/English ->Search: rekels

Dutch and English Search Results for: rekels

Summary

Dutch to English: more detail...

rekel:
- rascal; naughty boy
Wiktionary:
- rekels → doggish
- rekel → rascal
- rekel → kid, boykin, urchin, naughty boy, pickle, brat, punk

Dutch

Detailed Translations for rekels from Dutch to English

rekel:

rekel [de ~ (m)] nomen

de rekel
the rascal; the naughty boy
- rascal [the ~] nomen
- naughty boy [the ~] nomen

Translation Matrix for rekel:

Noun	Related Translations	Other Translations
naughty boy	rekel	bengel; boefje; deugniet; jongen; kwajongen; ondeugd; rakker; schavuit; schelm; stouterd; straatjongen; vandaal; vlegel
rascal	rekel	bengel; boef; boefje; deugniet; donderstraal; fielt; guit; jongen; kwajongen; mispunt; naarling; olijkerd; ondeugd; paljas; rakker; rotzak; schavuit; schelm; schobbejak; schoelje; schoffie; schoft; schooiers; schurk; sloebers; smeerlap; smiecht; smiek; snaak; spitsboef; stinkerd; stouterd; vlegel; vlerk

Related Words for "rekel":

rekels, rekeltje, rekeltjes

Wiktionary Translations for rekel:

rekel

noun

someone who is naughty
- rascal → bengel; rakker; rekel; vlegel; deugniet

Cross Translation:

From	To	Via
• rekel	→ kid; boykin; urchin	↔ gamin — (vieilli) enfant pauvre qui vit dans les rues.
• rekel	→ naughty boy; pickle; brat; punk	↔ morpion — Enfant

Wiktionary Translations for rekels:

rekels

adjective

currish
- doggish → honds; rekels