Home ->Dictionaries ->Dutch/English ->Search: handpalm

Dutch and English Search Results for: handpalm

Summary

Dutch to English: more detail...

handpalm:
- palm of the hand; palm
Wiktionary:
- handpalm → palm
- handpalm → palm, palm of the hand

Dutch

Detailed Translations for handpalm from Dutch to English

handpalm:

handpalm [de ~ (m)] nomen

de handpalm
the palm of the hand; the palm
- palm of the hand [the ~] nomen
- palm [the ~] nomen

Translation Matrix for handpalm:

Noun	Related Translations	Other Translations
palm	handpalm	hand; jat; klauw; knuist; palm; poot
palm of the hand	handpalm
Verb	Related Translations	Other Translations
palm		aanpraten; aansmeren

Related Words for "handpalm":

handpalmen

Wiktionary Translations for handpalm:

handpalm

noun

binnenzijde van de hand
- handpalm → palm

handpalm

noun

inner, concave part of hand
- palm → palm; handpalm

Cross Translation:

From	To	Via
• handpalm	→ palm; palm of the hand	↔ paume — anatomie\|fr Face intérieure de la main, entre le poignet et les doigts.

English

Detailed Translations for handpalm from English to Dutch

handpalm: ^{(*Using Word and Sentence Splitter)}

hand: hand; poot; klauw; jat; knuist; wijzer; geven; aangeven; afgeven; overgeven; overhandigen; aanreiken; toesteken; medewerker; werknemer; arbeider; personeelslid; werkkracht; arbeidskracht; klerk; reiken; aanbieden; handje; werker; werkman; knecht; handdruk; boerenknecht; hulpje
palm: hand; poot; klauw; jat; knuist; palm; aansmeren; aanpraten; handpalm