Dutch
English
Detailed Translations for dosering from English to Dutch
dosering: (*Using Word and Sentence Splitter)
- dose: aantal; hoeveelheid; kwantiteit; portie; dosis; doseren; met mate nemen
- ring: ring; soort sieraad; bellen; aanbellen; piste; wielerbaan; rondje; cirkel; kring; opbellen; telefoontje plegen; iemand opbellen; ketting; keten; snoer; aaneenschakeling; telefoneren; door de telefoon praten; bonzen; kringel; kringvormig; overgaan; luiden; telefoontje; belletje; beieren; telefonisch bericht; cirkelvorm; kringen vormen
External Machine Translations: