Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. spek:
  2. spekken:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for spek from Dutch to English

spek:

spek [het ~] nomen

  1. het spek
    the bacon; the pork

Translation Matrix for spek:

NounRelated TranslationsOther Translations
bacon spek
pork spek varkensvlees

Related Words for "spek":


Related Definitions for "spek":

  1. laag vet onder de huid1
    • in Engeland eten ze 's morgens eieren met spek1

Wiktionary Translations for spek:

spek
noun
  1. een laag vet tussen huid en vlees bij grote zoogdieren

Cross Translation:
FromToVia
spek bacon lardcouche de graisse qui se trouver entre la peau et la chair du porc.

spek form of spekken:

spekken verb (spek, spekt, spekte, spekten, gespekt)

  1. spekken
    to lard
    • lard verb (lards, larded, larding)

Conjugations for spekken:

o.t.t.
  1. spek
  2. spekt
  3. spekt
  4. spekken
  5. spekken
  6. spekken
o.v.t.
  1. spekte
  2. spekte
  3. spekte
  4. spekten
  5. spekten
  6. spekten
v.t.t.
  1. heb gespekt
  2. hebt gespekt
  3. heeft gespekt
  4. hebben gespekt
  5. hebben gespekt
  6. hebben gespekt
v.v.t.
  1. had gespekt
  2. had gespekt
  3. had gespekt
  4. hadden gespekt
  5. hadden gespekt
  6. hadden gespekt
o.t.t.t.
  1. zal spekken
  2. zult spekken
  3. zal spekken
  4. zullen spekken
  5. zullen spekken
  6. zullen spekken
o.v.t.t.
  1. zou spekken
  2. zou spekken
  3. zou spekken
  4. zouden spekken
  5. zouden spekken
  6. zouden spekken
en verder
  1. ben gespekt
  2. bent gespekt
  3. is gespekt
  4. zijn gespekt
  5. zijn gespekt
  6. zijn gespekt
diversen
  1. spek!
  2. spekt!
  3. gespekt
  4. spekkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for spekken:

NounRelated TranslationsOther Translations
lard lardeerspek; olie; reuzel; smeer; vet
VerbRelated TranslationsOther Translations
lard spekken doorspekken; larderen; spek doen in

Related Words for "spekken":


Wiktionary Translations for spekken:


Cross Translation:
FromToVia
spekken fill; fill in; fill up; imbue; permeate; complete; complement; consummate; finish compléterrendre complet.
spekken provide; supply; accommodate; serve; administer munirgarnir, pourvoir de ce qui est nécessaire ou utile en vue de tel ou tel objet.
spekken provide; supply; accommodate; serve; administer pourvoir — Aviser à quelque chose, y donner ordre, suppléer à ce qui manque. (Sens général)

Related Translations for spek