Dutch
Detailed Translations for doorsijpelen from Dutch to English
doorsijpelen:
-
doorsijpelen (filteren)
Conjugations for doorsijpelen:
o.t.t.
- sijpel door
- sijpelt door
- sijpelt door
- sijpelen door
- sijpelen door
- sijpelen door
o.v.t.
- sijpelde door
- sijpelde door
- sijpelde door
- sijpelden door
- sijpelden door
- sijpelden door
v.t.t.
- ben doorgesijpeld
- bent doorgesijpeld
- is doorgesijpeld
- zijn doorgesijpeld
- zijn doorgesijpeld
- zijn doorgesijpeld
v.v.t.
- was doorgesijpeld
- was doorgesijpeld
- was doorgesijpeld
- waren doorgesijpeld
- waren doorgesijpeld
- waren doorgesijpeld
o.t.t.t.
- zal doorsijpelen
- zult doorsijpelen
- zal doorsijpelen
- zullen doorsijpelen
- zullen doorsijpelen
- zullen doorsijpelen
o.v.t.t.
- zou doorsijpelen
- zou doorsijpelen
- zou doorsijpelen
- zouden doorsijpelen
- zouden doorsijpelen
- zouden doorsijpelen
diversen
- sijpel door!
- sijpelt door!
- doorgesijpeld
- doorsijpelend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for doorsijpelen:
Verb | Related Translations | Other Translations |
filter through | doorsijpelen; filteren | doorschemeren |
seep through | doorsijpelen; filteren |
Wiktionary Translations for doorsijpelen:
doorsijpelen
verb
-
(intransitive) spread slowly or gradually