Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. straatjongen:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for straatjongen from Dutch to English

straatjongen:

straatjongen [de ~ (m)] nomen

  1. de straatjongen (vandaal)
    the vandal; the urchin; the mischievous boy; the naughty boy; the street-boy
  2. de straatjongen (straatkind; zwerfjongere)
    the street-child; the guttersnipe; the homeless person

Translation Matrix for straatjongen:

NounRelated TranslationsOther Translations
guttersnipe straatjongen; straatkind; zwerfjongere
homeless person straatjongen; straatkind; zwerfjongere
mischievous boy straatjongen; vandaal
naughty boy straatjongen; vandaal bengel; boefje; deugniet; jongen; kwajongen; ondeugd; rakker; rekel; schavuit; schelm; stouterd; vlegel
street-boy straatjongen; vandaal
street-child straatjongen; straatkind; zwerfjongere
urchin straatjongen; vandaal
vandal straatjongen; vandaal

Related Words for "straatjongen":

  • straatjongens

Wiktionary Translations for straatjongen:

straatjongen
noun
  1. street kid