Dutch
Detailed Translations for voorvoelen from Dutch to English
voorvoelen:
-
voorvoelen (aanvoelen)
Conjugations for voorvoelen:
o.t.t.
- voorvoel
- voorvoelt
- voorvoelt
- voorvoelen
- voorvoelen
- voorvoelen
o.v.t.
- voorvoelde
- voorvoelde
- voorvoelde
- voorvoelden
- voorvoelden
- voorvoelden
v.t.t.
- heb voorvoeld
- hebt voorvoeld
- heeft voorvoeld
- hebben voorvoeld
- hebben voorvoeld
- hebben voorvoeld
v.v.t.
- had voorvoeld
- had voorvoeld
- had voorvoeld
- hadden voorvoeld
- hadden voorvoeld
- hadden voorvoeld
o.t.t.t.
- zal voorvoelen
- zult voorvoelen
- zal voorvoelen
- zullen voorvoelen
- zullen voorvoelen
- zullen voorvoelen
o.v.t.t.
- zou voorvoelen
- zou voorvoelen
- zou voorvoelen
- zouden voorvoelen
- zouden voorvoelen
- zouden voorvoelen
diversen
- voorvoel!
- voorvoelt!
- voorvoeld
- voorvoelend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for voorvoelen:
Noun | Related Translations | Other Translations |
sense | bedoeling; beduidenis; beduiding; betekenis; bezinning; brein; denkvermogen; geest; hersens; inkeer; ratio; strekking; tendens; vernuft; verstand | |
Verb | Related Translations | Other Translations |
anticipate | aanvoelen; voorvoelen | anticiperen; tegemoetzien; tevoren zien; uitkijken naar; verwachten; vooruitkijken; vooruitlopen op; vooruitzien; voorzien |
sense | aanvoelen; voorvoelen | bemerken; bespeuren; gewaarworden; lucht krijgen van; merken; onderscheiden; ontwaren; te zien krijgen; uit elkaar houden; uiteenhouden; voelen; waarnemen; zien |
Modifier | Related Translations | Other Translations |
sense | sensueel; wulps; zinlijk; zintuiglijke |
Wiktionary Translations for voorvoelen:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• voorvoelen | → feeling; presentiment | ↔ pressentir — prévoir confusément quelque chose par un sentiment non raisonner. |
- 1WordNet 3.0 Copyright 2006 by Princeton University
- 2Copyright 2001-2012 Interglot