Summary
Dutch
Detailed Translations for huldigen from Dutch to English
huldigen:
-
huldigen (hulde bewijzen; eer aandoen; eren)
Conjugations for huldigen:
o.t.t.
- huldig
- huldigt
- huldigt
- huldigen
- huldigen
- huldigen
o.v.t.
- huldigde
- huldigde
- huldigde
- huldigden
- huldigden
- huldigden
v.t.t.
- heb gehuldigd
- hebt gehuldigd
- heeft gehuldigd
- hebben gehuldigd
- hebben gehuldigd
- hebben gehuldigd
v.v.t.
- had gehuldigd
- had gehuldigd
- had gehuldigd
- hadden gehuldigd
- hadden gehuldigd
- hadden gehuldigd
o.t.t.t.
- zal huldigen
- zult huldigen
- zal huldigen
- zullen huldigen
- zullen huldigen
- zullen huldigen
o.v.t.t.
- zou huldigen
- zou huldigen
- zou huldigen
- zouden huldigen
- zouden huldigen
- zouden huldigen
en verder
- ben gehuldigd
- bent gehuldigd
- is gehuldigd
- zijn gehuldigd
- zijn gehuldigd
- zijn gehuldigd
diversen
- huldig!
- huldigt!
- gehuldigd
- huldigend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for huldigen:
Noun | Related Translations | Other Translations |
honor | decoratie; eer; eerbewijs; eergevoel; ere; ereteken; onderscheiding; onderscheidingsteken; prijs; ridderorde; trots | |
honour | decoratie; eer; eerbewijs; eergevoel; eervolle onderscheiding; ere; ereteken; onderscheiding; onderscheidingsteken; prijs; ridderorde; trots | |
Verb | Related Translations | Other Translations |
honor | eer aandoen; eren; hulde bewijzen; huldigen | belonen; betalen; bezoldigen; eer bewijzen; eerbied bewijzen; eren; functie bekleden; honoreren; in ere houden; ovatie brengen; salariëren; vervullen |
honour | eer aandoen; eren; hulde bewijzen; huldigen | belonen; betalen; bezoldigen; eer bewijzen; eerbied bewijzen; eren; functie bekleden; honoreren; in ere houden; ovatie brengen; salariëren; vervullen |