Noun | Related Translations | Other Translations |
begetting
|
verwekking; voortbrenging
|
|
breeding
|
aanfok; aankweek; aankweken; aanplant; cultuur; fok; fokkerij; kweken; reproductie; teelt; verbouw; voortbrenging; voortplanting
|
aankweken; doen voorttelen; fokken; kweken; telen; verbouwen
|
breeding farm
|
aanfok; fok; fokkerij; teelt; telen; veefokkerij; verbouw; voortbrenging; voortplanting
|
|
cattle breeding station
|
aanfok; fok; fokkerij; teelt; telen; veefokkerij; verbouw; voortbrenging; voortplanting
|
|
cultivation
|
aanfok; aankweek; aankweken; aanplant; cultuur; fok; fokkerij; kweken; reproductie; teelt; verbouw; voortbrenging; voortplanting
|
aanplant; begroeiing; cultuur; geestelijke vorming; gewas; grondbewerking; kweek; ontplooiing; ontwikkeling; vooruitgang; vorming
|
culture
|
aanfok; aankweek; aankweken; aanplant; cultuur; fok; fokkerij; kweken; reproductie; teelt; verbouw; voortbrenging; voortplanting
|
beschaving; civilisatie; cultuur; gewassenverbouwing; kweek
|
growing
|
aanfok; aankweek; aankweken; aanplant; cultuur; fok; fokkerij; kweken; reproductie; teelt; verbouw; voortbrenging; voortplanting
|
aangroei; aankweken; aanplanten; aanwas; kweken; planten; telen; uitdijen; uitdijing; verbouwen
|
growth
|
aanfok; aankweek; aankweken; aanplant; cultuur; fok; fokkerij; kweken; reproductie; teelt; verbouw; voortbrenging; voortplanting
|
aangroei; aangroeiing; aanvulling; aanwas; aanwinst; bloei; expansie; gezwel; groei; groeien; groeiproces; groter worden; knobbel; ontplooiing; ontwikkeling; stijging; toename; toeneming; tumor; uitbreiding; uitzetting; vergroting; verhoging; vermedevuldigen; vermeerdering; versterking; wasdom
|
multiplication
|
aanfok; aankweek; aankweken; aanplant; cultuur; fok; fokkerij; kweken; reproductie; teelt; verbouw; voortbrenging; voortplanting
|
vermenigvuldiging; verveelvoudiging
|
procreation
|
verwekking; voortbrenging
|
|
production
|
aanfok; aankweek; aankweken; aanplant; cultuur; fok; fokkerij; kweken; reproductie; teelt; verbouw; voortbrenging; voortplanting
|
aanmaak; aanmaken; drama; fabricage; fabricatie; fabriceren; maken; produceren; productie; schouwspel; stuk; toneelstuk; vervaardigen; vervaardiging
|
reproduction
|
aanfok; aankweek; aankweken; aanplant; cultuur; fok; fokkerij; kweken; reproductie; teelt; verbouw; voortbrenging; voortplanting
|
|
stock farm
|
aanfok; fok; fokkerij; teelt; telen; veefokkerij; verbouw; voortbrenging; voortplanting
|
|
Adjective | Related Translations | Other Translations |
growing
|
|
groeiend; in toenemende mate; meer en meer; toenemend; verbouwend
|