Dutch
Detailed Translations for afspatten from Dutch to English
afspatten:
-
afspatten (afvliegen; afspringen)
Translation Matrix for afspatten:
Verb | Related Translations | Other Translations |
burst off | afspatten; afspringen; afvliegen | |
crack off | afspatten; afspringen; afvliegen | |
fly off | afspatten; afspringen; afvliegen | afvliegen; opstijgen; wegvliegen |
spatter off | afspatten; afspringen; afvliegen |