Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. benoembaar:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for benoembaar from Dutch to English

benoembaar:


Translation Matrix for benoembaar:

AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
demonstrable benoembaar; verkiesbaar aantoonbaar; aanwijsbaar
eligible benoembaar; verkiesbaar kiesbaar; verkiesbaar; verkieslijk
provable benoembaar; verkiesbaar aantoonbaar
ModifierRelated TranslationsOther Translations
qualified to be appointed benoembaar; verkiesbaar

Related Words for "benoembaar":

  • benoembaarheid, benoembare

Wiktionary Translations for benoembaar:


Cross Translation:
FromToVia
benoembaar admissible; acceptable; reasonable admissible — Qui pouvoir être admettre.