Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. betrokkenheid:
  2. betrokken:
  3. Wiktionary:
  4. User Contributed Translations for betrokkenheid:
    • affiliation


Dutch

Detailed Translations for betrokkenheid from Dutch to English

betrokkenheid:

betrokkenheid [de ~ (v)] nomen

  1. de betrokkenheid (medeplichtigheid)

Translation Matrix for betrokkenheid:

NounRelated TranslationsOther Translations
acting as an accomplice betrokkenheid; medeplichtigheid
acting as as an accessory betrokkenheid; medeplichtigheid
acting as partisan to betrokkenheid; medeplichtigheid
complicity betrokkenheid; medeplichtigheid medeplichtigheid

Related Words for "betrokkenheid":


Wiktionary Translations for betrokkenheid:

betrokkenheid
noun
  1. the act of involving or state of being involved

betrokken:


Translation Matrix for betrokken:

NounRelated TranslationsOther Translations
let down afgang; echec; fiasco; flop; mislukking; misser; nederlaag; overwonnen-worden; verlies
VerbRelated TranslationsOther Translations
let down afvallen; benadelen; dumpen; duperen; frustreren; laten vallen; laten zakken; ontgoochelen; tegenvallen; teleurstellen
AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
crestfallen beteuterd; betrokken; sip; teleurgesteld beduusd; beteuterd
disappointed beteuterd; betrokken; sip; teleurgesteld
disillusioned beteuterd; betrokken; sip; teleurgesteld
glum beteuterd; betrokken; sip; teleurgesteld beduusd; beteuterd
involved betrokken; ermee gemoeid zijn complex; gecompliceerd; ingewikkeld
ModifierRelated TranslationsOther Translations
being involved betrokken; ermee gemoeid zijn
down in the mouth beteuterd; betrokken; sip; teleurgesteld
let down beteuterd; betrokken; sip; teleurgesteld

Related Words for "betrokken":


Wiktionary Translations for betrokken:

betrokken
adjective
  1. covered with clouds; overshadowed; darkened

Cross Translation:
FromToVia
betrokken somber; dark; gloomy sombre — Qui est peu éclairer ; qui recevoir peu de lumière ; qui est obscur.