Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. boortje:
  2. boor:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for boortje from Dutch to English

boortje:

boortje [het ~] nomen

  1. het boortje (kleine boor)
    the brace; the gimlet

Translation Matrix for boortje:

NounRelated TranslationsOther Translations
brace boortje; kleine boor accolade; klamp; koeklauw
gimlet boortje; kleine boor draaiboor; handboor

Related Words for "boortje":


Wiktionary Translations for boortje:

boortje
noun
  1. rotary cutting tool

boortje form of boor:

boor [de ~ (m)] nomen

  1. de boor (houtboor)
    the wood drill
  2. de boor (boormachine)
    the drill

Translation Matrix for boor:

NounRelated TranslationsOther Translations
drill boor; boormachine draaiboor; drilboor; handboor; klopboor; oefening; vaardigheidsoefening
wood drill boor; houtboor
VerbRelated TranslationsOther Translations
drill aanboren; boren; doorboren; exerceren; gaatjes maken in; perforeren

Related Words for "boor":


Wiktionary Translations for boor:

boor
noun
  1. een rond zijn as ronddraaiend werktuig om gaten mee te maken
  2. een chemisch element en een zwart metalloïde
boor
noun
  1. chemical element

Cross Translation:
FromToVia
boor boron BorChemie: chemisches Element mit der Ordnungszahl 5, das zu den Halbmetallen gehört
boor boron bore — chimie|nocat=1 élément chimique de numéro atomique 5 et de symbole B. C’est un métalloïde.
boor drill bit foret — Instrument de fer ou d’acier dont on se sert pour faire des trous