Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. degen:
  2. deeg:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for degen from Dutch to English

degen:

degen [de ~ (m)] nomen, plural

  1. de degen
    the foil; the sword

Translation Matrix for degen:

NounRelated TranslationsOther Translations
foil degen floret; folie; lange puntige degen; rapier
sword degen brede degen; lange puntige degen; rapier; sabel; slagwapen; zwaard; zwaard wapenkunde
VerbRelated TranslationsOther Translations
foil afweren; pareren; weren

Related Words for "degen":


Wiktionary Translations for degen:

degen
noun
  1. het zwaarste van de steekwapens gebruikt bij het schermen
degen
noun
  1. A fencing sword

Cross Translation:
FromToVia
degen sword épée — Arme

deeg:

deeg [de ~] nomen

  1. de deeg
    the dough; the paste

Translation Matrix for deeg:

NounRelated TranslationsOther Translations
dough deeg dikke zalf; pasta
paste deeg crème; dikke zalf; huidcrème; knoedels; noedels; pasta; smeerseltje
VerbRelated TranslationsOther Translations
paste iets vastkleven; kleven; plakken; vastlijmen

Related Words for "deeg":


Wiktionary Translations for deeg:

deeg
noun
  1. het ongebakken kneedbare uitgangsmateriaal voor het bakken van diverse broden en gebak, vervaardigd van meel aangevuld met rijsmiddelen (gist, bakpoeder, ei, ...), vloeistoffen (melk, water, ...) en smaakstoffen zoals suiker en zout
deeg
noun
  1. mix of flour and other ingredients

Cross Translation:
FromToVia
deeg batter; dough Teig — aus mehreren Zutaten bestehende (häufig dickflüssige) formbare Masse, die meist als Grundstoff für Gebäck dient

Related Translations for degen