Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. digitaliseren:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for digitaliseren from Dutch to English

digitaliseren:

digitaliseren verb (digitaliseer, digitaliseert, digitaliseerde, digitaliseerden, gedigitaliseerd)

  1. digitaliseren
    to digitize; to digitise
    • digitize verb, amerikan (digitizes, digitized, digitizing)
    • digitise verb, engelsk

Conjugations for digitaliseren:

o.t.t.
  1. digitaliseer
  2. digitaliseert
  3. digitaliseert
  4. digitaliseren
  5. digitaliseren
  6. digitaliseren
o.v.t.
  1. digitaliseerde
  2. digitaliseerde
  3. digitaliseerde
  4. digitaliseerden
  5. digitaliseerden
  6. digitaliseerden
v.t.t.
  1. heb gedigitaliseerd
  2. hebt gedigitaliseerd
  3. heeft gedigitaliseerd
  4. hebben gedigitaliseerd
  5. hebben gedigitaliseerd
  6. hebben gedigitaliseerd
v.v.t.
  1. had gedigitaliseerd
  2. had gedigitaliseerd
  3. had gedigitaliseerd
  4. hadden gedigitaliseerd
  5. hadden gedigitaliseerd
  6. hadden gedigitaliseerd
o.t.t.t.
  1. zal digitaliseren
  2. zult digitaliseren
  3. zal digitaliseren
  4. zullen digitaliseren
  5. zullen digitaliseren
  6. zullen digitaliseren
o.v.t.t.
  1. zou digitaliseren
  2. zou digitaliseren
  3. zou digitaliseren
  4. zouden digitaliseren
  5. zouden digitaliseren
  6. zouden digitaliseren
en verder
  1. is gedigitaliseerd
  2. zijn gedigitaliseerd
diversen
  1. digitaliseer!
  2. digitaliseert!
  3. gedigitaliseerd
  4. digitaliserend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for digitaliseren:

VerbRelated TranslationsOther Translations
digitise digitaliseren
digitize digitaliseren

Wiktionary Translations for digitaliseren:

digitaliseren
verb
  1. make digital

Cross Translation:
FromToVia
digitaliseren digitize numériser — informatique|fr représenter un signal (caractère, image, impulsion, etc. ) sous forme numérique.