Dutch

Detailed Translations for drank from Dutch to English

drank:

drank [de ~ (m)] nomen

  1. de drank (spiritualiën; alcohol; opkikkertjes; )
    the liquor; the alcohol; the booze; the beverage; the alcoholic liquors; the alcoholics; the spirits; the hard liquor; the strong drink; the drink; the bracers; the liquors
  2. de drank (drinkbaar vocht)
    the beverages; the drinks
  3. de drank (sterke drank; alcohol)
    the liquor; the spirits

drank [de ~ (m)] nomen

  1. de drank
    the beverage

Translation Matrix for drank:

NounRelated TranslationsOther Translations
alcohol alcohol; alcoholica; drank; gedistilleerd; opkikkertjes; spiritualiën; sterke drank alcohol
alcoholic liquors alcohol; alcoholica; drank; gedistilleerd; opkikkertjes; spiritualiën; sterke drank
alcoholics alcohol; alcoholica; drank; gedistilleerd; opkikkertjes; spiritualiën; sterke drank
beverage alcohol; alcoholica; drank; gedistilleerd; opkikkertjes; spiritualiën; sterke drank
beverages drank; drinkbaar vocht
booze alcohol; alcoholica; drank; gedistilleerd; opkikkertjes; spiritualiën; sterke drank
bracers alcohol; alcoholica; drank; gedistilleerd; opkikkertjes; spiritualiën; sterke drank
drink alcohol; alcoholica; drank; gedistilleerd; opkikkertjes; spiritualiën; sterke drank dronk; slok; teug
drinks drank; drinkbaar vocht borrels; consumpties; neuten; staande recepties; verteringen
hard liquor alcohol; alcoholica; drank; gedistilleerd; opkikkertjes; spiritualiën; sterke drank
liquor alcohol; alcoholica; drank; gedistilleerd; opkikkertjes; spiritualiën; sterke drank gedistilleerde drank; gestookte alcohol; spirits
liquors alcohol; alcoholica; drank; gedistilleerd; opkikkertjes; spiritualiën; sterke drank
spirits alcohol; alcoholica; drank; gedistilleerd; opkikkertjes; spiritualiën; sterke drank brandewijn; spirits; spiritus
strong drink alcohol; alcoholica; drank; gedistilleerd; opkikkertjes; spiritualiën; sterke drank spraakwater
VerbRelated TranslationsOther Translations
booze borrelen; drinken; pimpelen; zuipen
drink alcohol gebruiken; borrel pakken; borrelen; drinken; een borrel drinken; ledigen; leegdrinken; leegmaken; neut nemen; opdrinken; uitdrinken; zuipen

Related Words for "drank":

  • dranken

Related Definitions for "drank":

  1. medicijn dat je kunt drinken1
    • dit drankje helpt tegen de hoest1
  2. waar veel alcohol in zit, sterke drank1
    • hij is aan de drank1
  3. wat je kunt drinken1
    • melk is een witte drank1

Wiktionary Translations for drank:

drank
noun
  1. alcoholhoudende vloeistof
  2. vloeistof om de dorst te lessen
drank
noun
  1. type of beverage
  2. served alcoholic beverage
  3. served beverage
  4. any alcoholic beverage
  5. a drink

Cross Translation:
FromToVia
drank beverage Getränk — zum Verzehr vorgesehene Flüssigkeit
drank alcohol; booze; liquor; spirits; strong drink; alcoholic drink alcool — (term, Pharmacie ancienne) poudre très fine.
drank drink; beverage boisson — Liquide servant à la réhydratation par la bouche, pour... (Sens général)
drank beverage; drink consommation — Ce que l’on a bu

Related Translations for drank