Dutch
Detailed Translations for ervaring hebben from Dutch to English
ervaring hebben:
ervaring hebben verb (heb ervaring, hebt ervaring, heeft ervaring, had ervaring, hadden ervaring, ervaring gehad)
-
ervaring hebben
Conjugations for ervaring hebben:
o.t.t.
- heb ervaring
- hebt ervaring
- heeft ervaring
- hebben ervaring
- hebben ervaring
- hebben ervaring
o.v.t.
- had ervaring
- had ervaring
- had ervaring
- hadden ervaring
- hadden ervaring
- hadden ervaring
v.t.t.
- heb ervaring gehad
- hebt ervaring gehad
- heeft ervaring gehad
- hebben ervaring gehad
- hebben ervaring gehad
- hebben ervaring gehad
v.v.t.
- had ervaring gehad
- had ervaring gehad
- had ervaring gehad
- hadden ervaring gehad
- hadden ervaring gehad
- hadden ervaring gehad
o.t.t.t.
- zal ervaring hebben
- zult ervaring hebben
- zal ervaring hebben
- zullen ervaring hebben
- zullen ervaring hebben
- zullen ervaring hebben
o.v.t.t.
- zou ervaring hebben
- zou ervaring hebben
- zou ervaring hebben
- zouden ervaring hebben
- zouden ervaring hebben
- zouden ervaring hebben
diversen
- heb ervaring!
- ervaring gehad
- ervaring hebbend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for ervaring hebben:
Verb | Related Translations | Other Translations |
be experienced | ervaring hebben | |
have experience | ervaring hebben |