Dutch
Detailed Translations for fixen from Dutch to English
fixen:
-
fixen (voor elkaar krijgen; bewerkstelligen; klaarspelen; bedingen; lappen)
Translation Matrix for fixen:
Verb | Related Translations | Other Translations |
accomplish | bedingen; bewerkstelligen; fixen; klaarspelen; lappen; voor elkaar krijgen | afkrijgen; afmaken; afronden; afwerken; beëindigen; completeren; doen; een einde maken aan; functie bekleden; handelen; klaarkrijgen; klaarmaken; totstandbrengen; uitrichten; uitvoeren; verrichten; vervullen; volbrengen; volmaken; voltooien; volvoeren |
succeed | bedingen; bewerkstelligen; fixen; klaarspelen; lappen; voor elkaar krijgen | een prestatie leveren; lukken; presteren |