Home ->Dictionaries ->Dutch/English ->Translate fracturen

Translate fracturen from Dutch to English

Summary

Dutch to English: more detail...

fracturen:
- fractures; breaks
fractuur:
- fracture; break
Wiktionary:
- fractuur → fracture

Dutch

Detailed Translations for fracturen from Dutch to English

fracturen:

fracturen [de ~] nomen, plural

de fracturen
the fractures; the breaks
- fractures [the ~] nomen
- breaks [the ~] nomen

Translation Matrix for fracturen:

Noun	Related Translations	Other Translations
breaks	fracturen	breken
fractures	fracturen

Related Words for "fracturen":

fractuur

fracturen form of fractuur:

fractuur [de ~ (v)] nomen

de fractuur (breuk)
the fracture; the break
- fracture [the ~] nomen
- break [the ~] nomen

Translation Matrix for fractuur:

Noun	Related Translations	Other Translations
break	breuk; fractuur	lunch; lunchpauze; lunchtijd; middagpauze; onderbreking; ontsnapping; ontvluchting; pauze; rust; rustpauze; rustpoos; rusttijd; schafttijd; schaftuur; speelkwartier; tussenpoos; uitbraak; uitbreken; verpozing
fracture	breuk; fractuur
Verb	Related Translations	Other Translations
break		aan stukken breken; aan stukken slaan; breken; in stukken breken; ingooien; inslaan; kapot maken; kapotbreken; kapotgaan; kapotmaken; kapotslaan; knakken; licht worden; lichten; met opzet kapotmaken; moeren; mollen; onklaar raken; slechten; stukbreken; stukgaan; stukslaan; verbrijzelen; zich misdragen
fracture		aan stukken breken; breken; stukbreken

Related Words for "fractuur":

fracturen

Wiktionary Translations for fractuur:

fractuur

noun

een botbreuk
- fractuur → fracture