Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. gelijktijdigheid:
  2. gelijktijdig:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for gelijktijdigheid from Dutch to English

gelijktijdigheid:

gelijktijdigheid [de ~ (v)] nomen

  1. de gelijktijdigheid
    the simultaneity; the simultaneousness; the coincidence; the concurrence; the the same moment
  2. de gelijktijdigheid
    the concurrency
    – A process that allows multiple users to access and change shared data at the same time. The Entity Framework implements an optimistic concurrency model. 1

Translation Matrix for gelijktijdigheid:

NounRelated TranslationsOther Translations
coincidence gelijktijdigheid toeval; toevalligheid
concurrence gelijktijdigheid afspraak; akkoord; overeenkomst; regeling; samenloop; schikking
concurrency gelijktijdigheid
simultaneity gelijktijdigheid
simultaneousness gelijktijdigheid
the same moment gelijktijdigheid

Related Words for "gelijktijdigheid":


Wiktionary Translations for gelijktijdigheid:

gelijktijdigheid
noun
  1. the quality or state of being simultaneous

Cross Translation:
FromToVia
gelijktijdigheid synchronicity synchronicité — Qualité de ce qui est synchronique
gelijktijdigheid synchronism synchronisme — qualité de ce qui arrive en même temps

gelijktijdigheid form of gelijktijdig:


Translation Matrix for gelijktijdig:

AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
simultaneous gelijktijdig; simultaan; tegelijk
synchronic gelijktijdig; synchroon synchronisch
synchronous gelijktijdig; simultaan; synchroon; tegelijk synchronisch; synchroon
AdverbRelated TranslationsOther Translations
at the same time gelijktijdig; simultaan; tegelijk; tegelijkertijd alsmede; alsook; evenals; eveneens; evenzeer; mede; ook; op hetzelfde moment; terwijl; terzelfder tijd; tevens; tezelfdertijd
concurrently gelijktijdig; tegelijk; tegelijkertijd
simultaneously gelijktijdig; tegelijk; tegelijkertijd tezelfdertijd

Related Words for "gelijktijdig":


Wiktionary Translations for gelijktijdig:

gelijktijdig
adjective
  1. from the same time period
  2. at the same time
adverb
  1. occurring at the same time

Cross Translation:
FromToVia
gelijktijdig simultaneous simultané — Qui avoir lieu en même temps qu’une autre chose.