Dutch

Detailed Translations for geselecteerd from Dutch to English

geselecteerd:


Translation Matrix for geselecteerd:

NounRelated TranslationsOther Translations
cherished bevoorrechte; voorgetrokkene
dear beminde; dot; duifje; engel; engeltje; geliefd persoon; lief persoon; liefje; liefste; lieve; lieveling; lieverd; oogappel; poepje; schat; schatje; schattebout; schattig kind; scheetje; snoepje; snoes
favorite bladwijzer; favoriet; geprefereerde; gunsteling; gunstelinge; lieveling; lievelingetje; uitverkorene; verkozene
favourite favoriet; geprefereerde; gunsteling; gunstelinge; lieveling; lievelingetje; uitverkorene; verkozene
VerbRelated TranslationsOther Translations
select kiezen; ordenen; rangeren; schiften; selecteren; selectie toepassen; sorteren; uitkiezen; uitloten; uitpikken; uitverkiezen; uitzoeken; verkiezen; ziften
AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
affectionate dierbaar; favoriete; geselecteerd; lievelings; toegenegen; verkoren aanhankelijk; bemind; dierbaar; gehecht; geliefd; hartelijk; lief; liefderijk; liefdevol; liefhebbend; minnelijk; toegenegen; verknocht; vriendelijk
cherished dierbaar; favoriete; geselecteerd; lievelings; toegenegen; verkoren bemind; dierbaar; dierbare; geliefd; geliefde; lief; lieftallig; toegenegen
exclusive dierbaar; favoriete; geselecteerd; lievelings; toegenegen; verkoren apart; bijzonder; buiten; enig; enig in zijn soort; exclusief; onvergelijkbaar; onvergelijkelijk; select; uniek; zonder
favorite dierbaar; favoriete; geselecteerd; lievelings; toegenegen; verkoren
favourite dierbaar; favoriete; geselecteerd; lievelings; toegenegen; verkoren
preferential dierbaar; favoriete; geselecteerd; lievelings; toegenegen; verkoren met voorrang; preferent
private dierbaar; favoriete; geselecteerd; lievelings; toegenegen; verkoren besloten; confidentieel; eigen; intiem; privé; vertrouwelijk
select dierbaar; favoriete; geselecteerd; lievelings; toegenegen; verkoren heel mooi; select; uitgelezen
selected dierbaar; favoriete; geselecteerd; lievelings; toegenegen; uitgekozen; uitgezocht; verkoren; verkozen; waaraan voorkeur is gegeven assorti; gekozen; gesorteerd; uitverkoren
ModifierRelated TranslationsOther Translations
chosen geselecteerd; uitgekozen; uitgezocht; verkozen; waaraan voorkeur is gegeven gekozen; uitverkoren
dear dierbaar; favoriete; geselecteerd; lievelings; toegenegen; verkoren allerliefst; bemind; beste; bevallig; dierbaar; dierbare; dottig; enig; geliefd; geliefde; lief; lieve; schattig; snoezig; toegenegen; vertederend
picked geselecteerd; uitgezocht; verkozen; waaraan voorkeur is gegeven gekozen

selecteren:

selecteren verb (selecteer, selecteert, selecteerde, selecteerden, geselecteerd)

  1. selecteren (kiezen; uitzoeken; uitkiezen; )
    to choose; to select; to sort out; to pick out; to single out; to prefer; to pick
    • choose verb (chooses, chose, choosing)
    • select verb (selects, selected, selecting)
    • sort out verb (sorts out, sorted out, sorting out)
    • pick out verb (picks out, picked out, picking out)
    • single out verb (singles out, singled out, singling out)
    • prefer verb (prefers, preferred, preferring)
    • pick verb (picks, picked, picking)
  2. selecteren
    to select
    – To mark text, cells, and similar items that will be subject to a user action, such as copying text. 1
    • select verb (selects, selected, selecting)
  3. selecteren
    subselect
    – To select individual shapes within a group. 1

Conjugations for selecteren:

o.t.t.
  1. selecteer
  2. selecteert
  3. selecteert
  4. selecteren
  5. selecteren
  6. selecteren
o.v.t.
  1. selecteerde
  2. selecteerde
  3. selecteerde
  4. selecteerden
  5. selecteerden
  6. selecteerden
v.t.t.
  1. heb geselecteerd
  2. hebt geselecteerd
  3. heeft geselecteerd
  4. hebben geselecteerd
  5. hebben geselecteerd
  6. hebben geselecteerd
v.v.t.
  1. had geselecteerd
  2. had geselecteerd
  3. had geselecteerd
  4. hadden geselecteerd
  5. hadden geselecteerd
  6. hadden geselecteerd
o.t.t.t.
  1. zal selecteren
  2. zult selecteren
  3. zal selecteren
  4. zullen selecteren
  5. zullen selecteren
  6. zullen selecteren
o.v.t.t.
  1. zou selecteren
  2. zou selecteren
  3. zou selecteren
  4. zouden selecteren
  5. zouden selecteren
  6. zouden selecteren
en verder
  1. ben geselecteerd
  2. bent geselecteerd
  3. is geselecteerd
  4. zijn geselecteerd
  5. zijn geselecteerd
  6. zijn geselecteerd
diversen
  1. selecteer!
  2. selecteert!
  3. geselecteerd
  4. selecterend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

selecteren [znw.] nomen

  1. selecteren (uitzoeken)
    the selecting; the sifting; the sorting

Translation Matrix for selecteren:

NounRelated TranslationsOther Translations
pick houweel; klover; selectie; uitverkoring
selecting selecteren; uitzoeken
sifting selecteren; uitzoeken accumulatie; massa; opeenhoping; ophoping; selectie; sortering; stel; verzameling
sorting selecteren; uitzoeken accumulatie; massa; opeenhoping; ophoping; schifting; selectie; sorteren; sortering; stel; uitsplitsing; verzameling
VerbRelated TranslationsOther Translations
choose kiezen; schiften; selecteren; selectie toepassen; uitkiezen; uitpikken; uitzoeken; ziften kiezen; opteren; prefereren; selectie toepassen; uitverkiezen; verkiezen
pick kiezen; schiften; selecteren; selectie toepassen; uitkiezen; uitpikken; uitzoeken; ziften binnen halen; kluiven; knabbelen; knagen; knauwen; oogsten; orderverzamelen; peuteren; peuzelen; plukken; pulken; selectie toepassen; uitverkiezen; verkiezen
pick out kiezen; schiften; selecteren; selectie toepassen; uitkiezen; uitpikken; uitzoeken; ziften
prefer kiezen; schiften; selecteren; selectie toepassen; uitkiezen; uitpikken; uitzoeken; ziften prefereren; selectie toepassen; uitverkiezen; verkiezen
select kiezen; schiften; selecteren; selectie toepassen; uitkiezen; uitpikken; uitzoeken; ziften ordenen; rangeren; schiften; selectie toepassen; sorteren; uitloten; uitverkiezen; uitzoeken; verkiezen
single out kiezen; schiften; selecteren; selectie toepassen; uitkiezen; uitpikken; uitzoeken; ziften
sort out kiezen; schiften; selecteren; selectie toepassen; uitkiezen; uitpikken; uitzoeken; ziften ordenen; rangeren; schiften; selectie toepassen; sorteren; uitverkiezen; uitzoeken; verkiezen
subselect selecteren
AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
select dierbaar; favoriete; geselecteerd; heel mooi; lievelings; select; toegenegen; uitgelezen; verkoren

Wiktionary Translations for selecteren:


Cross Translation:
FromToVia
selecteren select sélectionnerchoisir (généralement le meilleur ou les meilleurs) parmi un groupe.
selecteren sort; select; pick; divide; separate; segregate; split trierséparer ce que l'on souhaite garder et ce que l'on souhaite jeter.

External Machine Translations: