Home
Dictionaries
Word Fun
About
Feedback
In English
Home
->
Dictionaries
->
Dutch/English
->Translate gisping
Translate
gisping
from Dutch to English
Search
Remove Ads
Summary
Dutch to English:
more detail...
gisping:
reproach
;
reprimand
;
fault
;
blame
Dutch
Detailed Translations for
gisping
from Dutch to English
gisping:
gisping
[
znw.
]
nomen
gisping
(
terechtwijzing
;
reprimande
;
standje
;
berisping
;
verwijt
;
lering
)
the
reproach
;
the
reprimand
;
the
fault
;
the
blame
reproach
[
the ~
]
nomen
reprimand
[
the ~
]
nomen
fault
[
the ~
]
nomen
blame
[
the ~
]
nomen
Translation Matrix for gisping:
Noun
Related Translations
Other Translations
blame
berisping
;
gisping
;
lering
;
reprimande
;
standje
;
terechtwijzing
;
verwijt
blaam
;
kwalijk nemen
;
verwijt
fault
berisping
;
gisping
;
lering
;
reprimande
;
standje
;
terechtwijzing
;
verwijt
abuis
;
blaam
;
blunder
;
domheid
;
dwaling
;
euvel
;
feil
;
flater
;
fout
;
giller
;
incorrectheid
;
mankement
;
misgreep
;
misslag
;
ondeugd
;
onjuistheid
;
onvolkomenheid
;
vergissing
;
zedelijke slechtheid
;
zonde
reprimand
berisping
;
gisping
;
lering
;
reprimande
;
standje
;
terechtwijzing
;
verwijt
berisping
;
reprimande
;
standje
;
terechtwijzing
reproach
berisping
;
gisping
;
lering
;
reprimande
;
standje
;
terechtwijzing
;
verwijt
blaam
;
kwalijk nemen
;
verwijt
Verb
Related Translations
Other Translations
blame
aanmerken
;
aanrekenen
;
aanwrijven
;
berispen
;
beschuldigen
;
blameren
;
gispen
;
iemand iets aanrekenen
;
iemand iets verwijten
;
kwalijk nemen
;
laken
;
manen
;
nadragen
;
terechtwijzen
;
vermanen
;
verwijten
;
voor de voeten gooien
;
voorhouden
;
waarschuwen
;
wijten
reprimand
aanmerken
;
aanrekenen
;
aanwrijven
;
berispen
;
beschuldigen
;
bestraffen
;
blameren
;
gispen
;
iemand iets aanrekenen
;
iemand iets verwijten
;
kwalijk nemen
;
laken
;
manen
;
nadragen
;
sancties treffen
;
straffen
;
terechtwijzen
;
vermanen
;
verwijten
;
voor de voeten gooien
;
voorhouden
;
waarschuwen
reproach
aanrekenen
;
aanwrijven
;
berispen
;
beschuldigen
;
blameren
;
gispen
;
iemand iets aanrekenen
;
iemand iets verwijten
;
kwalijk nemen
;
laken
;
nadragen
;
verwijten
;
voor de voeten gooien
;
voorhouden
Related Words for "gisping":
gispingen
External Machine Translations:
Remove Ads
Remove Ads