Dutch

Detailed Translations for goedaardigheid from Dutch to English

goedaardigheid:

goedaardigheid [de ~ (v)] nomen

  1. de goedaardigheid
    the goodness; the kind-heartedness; the benign character; the mildness

Translation Matrix for goedaardigheid:

NounRelated TranslationsOther Translations
benign character goedaardigheid
goodness goedaardigheid goedheid
kind-heartedness goedaardigheid zachtaardigheid
mildness goedaardigheid goedigheid

Related Words for "goedaardigheid":


goedaardig:

goedaardig adj

  1. goedaardig (goedhartig; mild; goedig; )
  2. goedaardig (vriendelijk; aardig; goedhartig; )
    kind
    – having or showing a tender and considerate and helpful nature; used especially of persons and their behavior 1
    • kind adj
      • kind to sick patients1
      • a kind master1
      • kind words showing understanding and sympathy1
      • thanked her for her kind letter1
    benevolent
    – showing or motivated by sympathy and understanding and generosity 1
    good-natured
    – having an easygoing and cheerful disposition 1
    • good-natured adj
      • too good-natured to resent a little criticism1
      • the good-natured policeman on our block1
      • the sounds of good-natured play1
    mild
    – mild and pleasant 1
    • mild adj
      • the climate was mild and conducive to life or growth1

Translation Matrix for goedaardig:

NounRelated TranslationsOther Translations
kind aard; genre; slag; soort; type
AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
benevolent aangenaam; aardig; attent; behulpzaam; goedaardig; goedhartig; goedig; goedmoedig; goeiig; hulpvaardig; mild; plezierig; voorkomend; vriendelijk; zachtaardig; zachtmoedig; zachtzinnig charitatief; goedgunstig; liefdadig; weldadig; welwillend
good-natured aangenaam; aardig; attent; behulpzaam; goedaardig; goedhartig; goedig; goedmoedig; goeiig; hulpvaardig; mild; plezierig; voorkomend; vriendelijk; zachtaardig; zachtmoedig; zachtzinnig geschikt; tof
kind aangenaam; aardig; attent; behulpzaam; goedaardig; goedhartig; goedig; goedmoedig; goeiig; hulpvaardig; mild; plezierig; voorkomend; vriendelijk; zachtaardig; zachtmoedig; zachtzinnig amicaal; in natura; kameraadschappelijk; natura; vriendelijke; vriendschappelijk
kind-hearted goedaardig; goedhartig; goedig; goedmoedig; goeiig; mild; zachtaardig; zachtmoedig; zachtzinnig
mild aangenaam; aardig; attent; behulpzaam; goedaardig; goedhartig; goedig; goedmoedig; goeiig; hulpvaardig; mild; plezierig; voorkomend; vriendelijk; zachtaardig; zachtmoedig; zachtzinnig

Related Words for "goedaardig":


Wiktionary Translations for goedaardig:

goedaardig
adjective
  1. of or pertaining to a perpetual kind disposition
  2. kind; bountiful; benign
  3. kind, gentle, mild

Cross Translation:
FromToVia
goedaardig benign benigneMedizin: gutartig in Bezug auf einen Krankheitsverlauf
goedaardig inoffensive; innocuous; harmless; safe; benign inoffensif — Qui n'est pas dangereux, qui ne fait pas de mal.
goedaardig unimportant; minor; of no account; insignificant; irrelevant; trifling; trite; underaged mineur — militaire|fr Qui concerne les mines.
goedaardig certain; sure; safe; harmless; benign; secure; reliable; trustworthy; dependable; faithful; responsible sûrdont on ne douter pas ; certain ; indubitable ; vrai.