Dutch
Detailed Translations for inschrijven from Dutch to English
inschrijven:
-
inschrijven (opgeven)
-
inschrijven (intekenen)
-
inschrijven (aanmelden; aanmonsteren)
-
inschrijven (kadastreren)
-
inschrijven (subscriberen; aanmelden; opgeven; intekenen)
Conjugations for inschrijven:
o.t.t.
- schrijf in
- schrijft in
- schrijft in
- schrijven in
- schrijven in
- schrijven in
o.v.t.
- schreef in
- schreef in
- schreef in
- schreven in
- schreven in
- schreven in
v.t.t.
- heb ingeschreven
- hebt ingeschreven
- heeft ingeschreven
- hebben ingeschreven
- hebben ingeschreven
- hebben ingeschreven
v.v.t.
- had ingeschreven
- had ingeschreven
- had ingeschreven
- hadden ingeschreven
- hadden ingeschreven
- hadden ingeschreven
o.t.t.t.
- zal inschrijven
- zult inschrijven
- zal inschrijven
- zullen inschrijven
- zullen inschrijven
- zullen inschrijven
o.v.t.t.
- zou inschrijven
- zou inschrijven
- zou inschrijven
- zouden inschrijven
- zouden inschrijven
- zouden inschrijven
en verder
- ben ingeschreven
- bent ingeschreven
- is ingeschreven
- zijn ingeschreven
- zijn ingeschreven
- zijn ingeschreven
diversen
- schrijf in!
- schrijft in!
- ingeschreven
- inschrijvend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for inschrijven:
Related Definitions for "inschrijven":
Wiktionary Translations for inschrijven:
inschrijven
Cross Translation:
verb
inschrijven
-
een lidmaatschap of deelnemerschap schriftelijk vastleggen
- inschrijven → register
verb
-
to enter in a register
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• inschrijven | → apply for a share; subscribe | ↔ eine Aktie zeichnen — Wirtschaft: sich durch das Setzen seiner Unterschrift unter ein schriftlich abgegebenes verbindliches Kaufangebot zur Übernahme und Bezahlung einer Aktie vor ihrer Emission, das heißt vor ihrer Einführung in den Handelsverkehr, verpflichten |
• inschrijven | → sign; subscribe; underwrite; on behalf of; the; company; enlist; enrol; enroll; enter; inscribe; regenerate; register; write; in; submit; an; offer; for; tender | ↔ zeichnen — (transitiv) unterzeichnen |
• inschrijven | → register; inscribe; enter; note; record | ↔ inscrire — écrire le nom de quelqu’un, ou prendre note, faire mention de quelque chose sur un registre, sur une liste, etc. |