Dutch

Detailed Translations for instelling from Dutch to English

instelling:

instelling [de ~ (v)] nomen

  1. de instelling (organisatie; instantie; lichaam)
    the organization; the bureau; the office; the organisation
  2. de instelling (het stichten; stichting; oprichting; vestiging)
    the establishment; the foundation; the founding; the installation
  3. de instelling (inregeling; afstelling)
    the adjustment; the tuning
  4. de instelling (mentaliteit; houding)
    the mentality; the state of mind
  5. de instelling (scherpstelling; afstelling)
    the mentality; the getting sharp
  6. de instelling (psychische toestand; stemming; gemoedsgesteldheid)
    the mental state
  7. de instelling
    the setting
    – A configuration parameter or element that controls the behavior of a service, application, feature, function, or a run-time environment. 1

Translation Matrix for instelling:

NounRelated TranslationsOther Translations
adjustment afstelling; inregeling; instelling aanpassing; bijstelling; herstelling van materiaal; revisie
bureau instantie; instelling; lichaam; organisatie bureau; bureaumeubel
establishment het stichten; instelling; oprichting; stichting; vestiging autoriteiten; bepaling; bestel; definiëring; determinatie; gezag; gezaghebbers; grondlegging; omschrijving; orgaan; samenstel; vestiging; zintuig
foundation het stichten; instelling; oprichting; stichting; vestiging bouwfundament; chassis; fonds; fundament; fundering; geraamte; grondlaag; grondslag; ondergrond; onderlaag; pensioenfonds; stichting
founding het stichten; instelling; oprichting; stichting; vestiging grondlegging
getting sharp afstelling; instelling; scherpstelling
installation het stichten; instelling; oprichting; stichting; vestiging affirmatie; bevestiging; installatie
mental state gemoedsgesteldheid; instelling; psychische toestand; stemming geestesgesteldheid; geestestoestand; psychische toestand
mentality afstelling; houding; instelling; mentaliteit; scherpstelling geesteshouding; geestestoestand
office instantie; instelling; lichaam; organisatie departement; kantoor; kantoorgebouw; ministerie
organisation instantie; instelling; lichaam; organisatie broederschap; georganiseerd gezelschap; vennootschap
organization instantie; instelling; lichaam; organisatie broederschap; georganiseerd gezelschap; organisatie
setting instelling juweel zetting; zetsels; zetten; zetting; zetwerk
state of mind houding; instelling; mentaliteit bui; geestesgesteldheid; geesteshouding; geestestoestand; gemoedsgesteldheid; gemoedsstemming; gemoedstoestand; humeur; psychische toestand; stemming
tuning afstelling; inregeling; instelling afstellen; afstelling; afstemmen; afstemming; inregelen; instellen; instelling op; regelen
- geest

Synonyms for "instelling":


Related Definitions for "instelling":

  1. manier van doen en denken2
    • ik vind zijn instelling tegenover de studie heel positief2
  2. een organisatie met een bepaalde taak2
    • een instelling voor maatschappelijk werk2
  3. het maken of tot stand brengen2
    • de instelling van een commissie riep vragen op2

Wiktionary Translations for instelling:

instelling
noun
  1. established organisation

Cross Translation:
FromToVia
instelling institute; institution Einrichtung — ein Ort, der zu einem bestimmten Zweck errichtet wurde
instelling foundation; establishment; institution fondation — Action de fonder, de bâtir la base de quelque chose ; commencement de quelque chose de durable.

External Machine Translations:

Related Translations for instelling