Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. kruimelend:
  2. kruimelen:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for kruimelend from Dutch to English

kruimelend:

kruimelend adj

  1. kruimelend (kruimig; brokkelig)

Translation Matrix for kruimelend:

ModifierRelated TranslationsOther Translations
crumbling brokkelig; kruimelend; kruimig

kruimelen:

kruimelen verb (kruimel, kruimelt, kruimelde, kruimelden, gekruimeld)

  1. kruimelen (brokkelen)
    to crumble
    • crumble verb (crumbles, crumbled, crumbling)

Conjugations for kruimelen:

o.t.t.
  1. kruimel
  2. kruimelt
  3. kruimelt
  4. kruimelen
  5. kruimelen
  6. kruimelen
o.v.t.
  1. kruimelde
  2. kruimelde
  3. kruimelde
  4. kruimelden
  5. kruimelden
  6. kruimelden
v.t.t.
  1. heb gekruimeld
  2. hebt gekruimeld
  3. heeft gekruimeld
  4. hebben gekruimeld
  5. hebben gekruimeld
  6. hebben gekruimeld
v.v.t.
  1. had gekruimeld
  2. had gekruimeld
  3. had gekruimeld
  4. hadden gekruimeld
  5. hadden gekruimeld
  6. hadden gekruimeld
o.t.t.t.
  1. zal kruimelen
  2. zult kruimelen
  3. zal kruimelen
  4. zullen kruimelen
  5. zullen kruimelen
  6. zullen kruimelen
o.v.t.t.
  1. zou kruimelen
  2. zou kruimelen
  3. zou kruimelen
  4. zouden kruimelen
  5. zouden kruimelen
  6. zouden kruimelen
diversen
  1. kruimel!
  2. kruimelt!
  3. gekruimeld
  4. kruimelend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for kruimelen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
crumble brokkelen; kruimelen desintegreren; in elkaar storten; ten gronde gaan; uit elkaar vallen; uiteenvallen; verbrokkelen; vergaan; verkommeren; verkruimelen; vervallen

Related Words for "kruimelen":


Wiktionary Translations for kruimelen:


Cross Translation:
FromToVia
kruimelen dissociate; take apart; atomize dissocierséparer des éléments qui étaient associés.
kruimelen resolve résoudre — Décomposer un corps en ses éléments.