Dutch

Detailed Translations for leus from Dutch to English

leus:

leus [de ~] nomen

  1. de leus (parool; spreuk; leuze)
    the slogan; the maxim; the motto
  2. de leus (slagzin; slogan; kreet; reclamezin; reclameleus)
    the slogan; the promotion line; the election-cry
  3. de leus (strijdkreet; kreet; yell)
    the war cry; the yell; the slogan; the battle cry; the whoop
  4. de leus (wapenkreet; devies; leuze; parool)
    the war cry; the battle cry

Translation Matrix for leus:

NounRelated TranslationsOther Translations
battle cry devies; kreet; leus; leuze; parool; strijdkreet; wapenkreet; yell verkiezingsleus
election-cry kreet; leus; reclameleus; reclamezin; slagzin; slogan
maxim leus; leuze; parool; spreuk aforisme; axioma; devies; gezegde; grondeigenschap; grondstelling; hoofdstelling; lijfspreuk; motto; spreuk; stelregel; zinspreuk
motto leus; leuze; parool; spreuk bevelschrift; consigne; devies; dwangbevel; lijfspreuk; motto; opdracht; order; taak
promotion line kreet; leus; reclameleus; reclamezin; slagzin; slogan
slogan kreet; leus; leuze; parool; reclameleus; reclamezin; slagzin; slogan; spreuk; strijdkreet; yell devies; kenspreuk; motto; zinspreuk
war cry devies; kreet; leus; leuze; parool; strijdkreet; wapenkreet; yell
whoop kreet; leus; strijdkreet; yell gil; kreet; roep; schreeuw; uitroep
yell kreet; leus; strijdkreet; yell gil; kreet; roep; schreeuw; uitroep
VerbRelated TranslationsOther Translations
yell blaffen; brullen; bulderen; daveren; fulmineren; gillen; het uitgillen; janken; krijsen; razen; schreeuwen; te keer gaan; tekeergaan; tieren; uitgillen; uitkrijsen; uitroepen; uitschreeuwen; uitvaren tegen; vuilbekken

Related Words for "leus":