Dutch
Detailed Translations for nek from Dutch to English
nek:
Translation Matrix for nek:
Noun | Related Translations | Other Translations |
nape | hals; nek | |
neck | hals; nek | |
- | hals | |
Verb | Related Translations | Other Translations |
neck | beminnen; de liefde bedrijven; liefkozen; minnekozen; minnen; vrijen |
Related Words for "nek":
Synonyms for "nek":
Related Definitions for "nek":
Wiktionary Translations for nek:
nek
Cross Translation:
noun
nek
-
achterste gedeelte van de hals
- nek → nape
noun
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• nek | → neck | ↔ Hals — Anatomie: Körperteil, Verbindung von Kopf und Rumpf |
• nek | → neck | ↔ cou — anatomie|fr partie du corps qui joindre la tête aux épaules. |
• nek | → back of the neck; nape; nape of the neck | ↔ nuque — anatomie|fr partie dorsale du cou. |
nekken:
-
nekken (in de war sturen; ruïneren; bederven; verzieken)
Conjugations for nekken:
o.t.t.
- nek
- nekt
- nekt
- nekken
- nekken
- nekken
o.v.t.
- nekte
- nekte
- nekte
- nekten
- nekten
- nekten
v.t.t.
- heb genekt
- hebt genekt
- heeft genekt
- hebben genekt
- hebben genekt
- hebben genekt
v.v.t.
- had genekt
- had genekt
- had genekt
- hadden genekt
- hadden genekt
- hadden genekt
o.t.t.t.
- zal nekken
- zult nekken
- zal nekken
- zullen nekken
- zullen nekken
- zullen nekken
o.v.t.t.
- zou nekken
- zou nekken
- zou nekken
- zouden nekken
- zouden nekken
- zouden nekken
en verder
- ben genekt
- bent genekt
- is genekt
- zijn genekt
- zijn genekt
- zijn genekt
diversen
- nek!
- nekt!
- genekt
- nekkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze