Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. ongeregeldheid:
  2. ongeregeld:


Dutch

Detailed Translations for ongeregeldheid from Dutch to English

ongeregeldheid:

ongeregeldheid [de ~ (v)] nomen

  1. de ongeregeldheid
    the irregularity; the disorderliness

Translation Matrix for ongeregeldheid:

NounRelated TranslationsOther Translations
disorderliness ongeregeldheid ordeloosheid
irregularity ongeregeldheid het onregelmatig-zijn; onregelmatigheid

Related Words for "ongeregeldheid":


ongeregeldheid form of ongeregeld: