Summary
Dutch to English: more detail...
- onontbeerlijk:
-
Wiktionary:
- onontbeerlijk → indispensable, essential
Dutch
Detailed Translations for onontbeerlijk from Dutch to English
onontbeerlijk:
-
onontbeerlijk (onmisbaar; noodzakelijk; essentieel; wezenlijk)
Translation Matrix for onontbeerlijk:
Noun | Related Translations | Other Translations |
essential | elementaire zaak; noodzaak | |
Adjective | Related Translations | Other Translations |
crucial | essentieel; noodzakelijk; onmisbaar; onontbeerlijk; wezenlijk | beslissend; centraal; cruciaal; doorslaggevend; elementair; essentieel; heel belangrijk; in het centrum; noodzakelijk; van levensbelang; vereist; vitaal |
essential | essentieel; noodzakelijk; onmisbaar; onontbeerlijk; wezenlijk | benodigd; broodnodig; cruciaal; door de behoefte vereist; elementair; essentieel; fundamenteel; gewenst; gewild; hard nodig; hoognodig; nodig; noodzakelijk; vereist; verlangd; wenselijk; wezenlijk |
indispensable | essentieel; noodzakelijk; onmisbaar; onontbeerlijk; wezenlijk | broodnodig; hard nodig |
vital | essentieel; noodzakelijk; onmisbaar; onontbeerlijk; wezenlijk | beslissend; broodnodig; cruciaal; door de behoefte vereist; doorslaggevend; elementair; essentieel; hoognodig; levenskrachtig; nodig; noodzakelijk; van levensbelang; vereist; vitaal |
Related Words for "onontbeerlijk":
Wiktionary Translations for onontbeerlijk:
onontbeerlijk
adjective
onontbeerlijk
-
volstrekt noodzakelijk
- onontbeerlijk → indispensable
adjective
-
absolutely necessary
-
of high importance
-
necessary