Dutch
Detailed Translations for onzalig from Dutch to English
onzalig:
-
onzalig (ongelukkig)
Translation Matrix for onzalig:
Adjective | Related Translations | Other Translations |
disastrous | ongelukkig; onzalig | catastrofaal; desastreus; ellendig; fataal; fnuikend; funest; heilloos; noodlottig; ongelukkig; rampspoedig; rampzalig; vol tegenslag; zeer slecht |
fatal | ongelukkig; onzalig | catastrofaal; desastreus; ellendig; funest; heilloos; noodlottig; ongelukkig; rampspoedig; rampzalig; zeer slecht |
wretched | ongelukkig; onzalig | akelig; bedonderd; belazerd; beroerd; deplorabel; diep ongelukkig; ellendig; ellendige; jammerend; jeremiërend; klaaglijk; klagelijk; klagend; klagerig; klungelig; lamenterend; lamlendig; lamzalig; meelijwekkend; miserabel; naar; stumperig; weeklagend |