Home ->Dictionaries ->Dutch/English ->Translate overdekkingen

Translate overdekkingen from Dutch to English

Summary

Dutch to English: more detail...

overdekkingen:
- shelters; roofs; covers; sheds
overdekking:
- roof; covering; cover; cover up roof; roofing over; top

Dutch

Detailed Translations for overdekkingen from Dutch to English

overdekkingen:

overdekkingen [de ~] nomen, plural

de overdekkingen (overkappingen)
the shelters; the roofs; the covers; the sheds
- shelters [the ~] nomen
- roofs [the ~] nomen
- covers [the ~] nomen
- sheds [the ~] nomen

Translation Matrix for overdekkingen:

Noun	Related Translations	Other Translations
covers	overdekkingen; overkappingen	afdekkingen; bedekkingen; boekomslagen; deksels; hoezen; kaften; omslagen
roofs	overdekkingen; overkappingen	daken; huisbedekkingen
sheds	overdekkingen; overkappingen	afdaken; berghokken; bergingen; bergschuren; keten; loodsen; luifels
shelters	overdekkingen; overkappingen	afdaken; luifels; onderdaken; onderkomens; schuilplaatsen; toevluchtsoorden

Related Words for "overdekkingen":

overdekking

overdekking:

overdekking [de ~ (v)] nomen

de overdekking (overkapping; dak; afdekkap; koepel; kap)
the roof; the covering; the cover; the cover up roof; the roofing over; the top
- roof [the ~] nomen
- covering [the ~] nomen
- cover [the ~] nomen
- cover up roof [the ~] nomen
- roofing over [the ~] nomen
- top [the ~] nomen
de overdekking (bedekking; dekking; dek)
the covering; the cover
- covering [the ~] nomen
- cover [the ~] nomen

Translation Matrix for overdekking:

Noun	Related Translations	Other Translations
cover	afdekkap; bedekking; dak; dek; dekking; kap; koepel; overdekking; overkapping	beddedeken; beddekleedje; bescherming; boekomslag; buitenkant; couvert; dek; deken; dekmantel; deksel; enveloppe; etui; hoes; huls; kaft; koker; l.p.hoes; lid; omhulsel; omkleedsel; omslag; omwindsel; overtrek; pennendoosje; pennenkoker; platenhoes; protectie; verpakking; wikkel
cover up roof	afdekkap; dak; kap; koepel; overdekking; overkapping	huif
covering	afdekkap; bedekking; dak; dek; dekking; kap; koepel; overdekking; overkapping	aanplant; bedekken; begroeiing; beschutsel; beschutting; beslaan; gewas
roof	afdekkap; dak; kap; koepel; overdekking; overkapping
roofing over	afdekkap; dak; kap; koepel; overdekking; overkapping
top	afdekkap; dak; kap; koepel; overdekking; overkapping	bergtop; climax; dop; hoogst haalbare; hoogste punt; hoogtepunt; huif; kruin; piek; sluitdop; summum; top; toppunt
Verb	Related Translations	Other Translations
cover		afdekken; afleggen; afschermen; afschutten; bedekken; bekleden; bemantelen; beschermen; beschrijven; beschutten; bijsluiten; bijvoegen; dekken; hullen; indekken; inhullen; insluiten; kaften; maskeren; mededelen; meters maken; omhullen; overdekken; overkappen; overkoepelen; overtrekken; overwelven; stofferen; toevoegen; uiteenzetten; van bekleding voorzien; verhalen; verhullen; versluieren; vertellen; zeggen
roof		van een dak voorzien
top		afknotten; hoger bieden; knotten
Adjective	Related Translations	Other Translations
top		bovenste
Modifier	Related Translations	Other Translations
covering		overdekkend; overkoepelend

Related Words for "overdekking":

overdekkingen

External Machine Translations: