Dutch

Detailed Translations for pompeusheid from Dutch to English

pompeusheid:

pompeusheid [znw.] nomen

  1. pompeusheid (hoogdravendheid; gezwollenheid; gewichtigheid; bombast; gewichtigdoenerij)
    the bombast; the pomposity; the grandiloquence; the conceit; the cockiness; the flatulence; the arrogance; the haughtiness; the self-conceit; the conceitedness; the self-importance

Translation Matrix for pompeusheid:

NounRelated TranslationsOther Translations
arrogance bombast; gewichtigdoenerij; gewichtigheid; gezwollenheid; hoogdravendheid; pompeusheid aanmatiging; arrogantie; egotisme; eigendunk; eigenwaan; hooghartigheid; hoogmoed; hovaardigheid; hovaardij; ijdelheid; inbeelding; laatdunkendheid; verwaandheid; zelfgenoegzaamheid; zelfingenomenheid; zelfverheffing
bombast bombast; gewichtigdoenerij; gewichtigheid; gezwollenheid; hoogdravendheid; pompeusheid declamatie; eigendunk; eigenwaan; holle hoogdravendheid
cockiness bombast; gewichtigdoenerij; gewichtigheid; gezwollenheid; hoogdravendheid; pompeusheid aanmatiging; arrogantie; egotisme; eigendunk; eigenwaan; hoogmoed; ijdelheid; inbeelding; verwaandheid; zelfgenoegzaamheid; zelfingenomenheid; zelfverheffing
conceit bombast; gewichtigdoenerij; gewichtigheid; gezwollenheid; hoogdravendheid; pompeusheid aanmatiging; arrogantie; egotisme; eigendunk; eigenwaan; hoogmoed; ijdelheid; inbeelding; verwaandheid; zelfgenoegzaamheid; zelfingenomenheid; zelfverheffing
conceitedness bombast; gewichtigdoenerij; gewichtigheid; gezwollenheid; hoogdravendheid; pompeusheid aanmatiging; arrogantie; egotisme; eigendunk; eigenwaan; hoogmoed; ijdelheid; inbeelding; pretentie; verwaandheid; zelfgenoegzaamheid; zelfingenomenheid; zelfverheffing
flatulence bombast; gewichtigdoenerij; gewichtigheid; gezwollenheid; hoogdravendheid; pompeusheid
grandiloquence bombast; gewichtigdoenerij; gewichtigheid; gezwollenheid; hoogdravendheid; pompeusheid
haughtiness bombast; gewichtigdoenerij; gewichtigheid; gezwollenheid; hoogdravendheid; pompeusheid arrogantie; egotisme; eigendunk; eigenwaan; grandeur; grootsheid; hooghartigheid; hoogmoed; hoogmoedigheid; hovaardigheid; hovaardij; ijdelheid; indrukwekkendheid; trots; verwaandheid; zelfgenoegzaamheid; zelfingenomenheid
pomposity bombast; gewichtigdoenerij; gewichtigheid; gezwollenheid; hoogdravendheid; pompeusheid
self-conceit bombast; gewichtigdoenerij; gewichtigheid; gezwollenheid; hoogdravendheid; pompeusheid arrogantie; egotisme; eigendunk; eigenwaan; hoogmoed; ijdelheid; zelfgenoegzaamheid; zelfingenomenheid
self-importance bombast; gewichtigdoenerij; gewichtigheid; gezwollenheid; hoogdravendheid; pompeusheid eigendunk; eigenwaan

External Machine Translations: