Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. schalks:
  2. schalk:


Dutch

Detailed Translations for schalks from Dutch to English

schalks:


Translation Matrix for schalks:

AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
boyish bengelachtig; guitig; kwajongensachtig; ondeugend; schalkachtig; schalks; schelmachtig; schelms; snaaks; spotachtig jongensachtig
mischievous bengelachtig; guitig; kwajongensachtig; ondeugend; schalkachtig; schalks; schelmachtig; schelms; snaaks; spotachtig guitig; olijk
naughty bengelachtig; guitig; kwajongensachtig; ondeugend; schalkachtig; schalks; schelmachtig; schelms; snaaks; spotachtig ondeugend; stout
playful bengelachtig; guitig; kwajongensachtig; ondeugend; schalkachtig; schalks; schelmachtig; schelms; snaaks; spotachtig jongensachtig; losjes; luchthartig; luchtig; speels; stoeiziek
waggish bengelachtig; guitig; kwajongensachtig; ondeugend; schalkachtig; schalks; schelmachtig; schelms; snaaks; spotachtig achterlijk; guitig; olijk; oubollig; uiig
ModifierRelated TranslationsOther Translations
boy-like bengelachtig; guitig; kwajongensachtig; ondeugend; schalkachtig; schalks; schelmachtig; schelms; snaaks; spotachtig jongensachtig
rascally bengelachtig; guitig; kwajongensachtig; ondeugend; schalkachtig; schalks; schelmachtig; schelms; snaaks; spotachtig guitig; olijk; schooierachtig

Related Words for "schalks":


schalks form of schalk:

schalk [de ~ (m)] nomen

  1. de schalk
    the wag
    • wag [the ~] nomen

Translation Matrix for schalk:

NounRelated TranslationsOther Translations
wag schalk guit; olijkerd; paljas; snaken

Related Words for "schalk":