Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. scheepsbouwmeesters:
  2. scheepsbouwmeester:


Dutch

Detailed Translations for scheepsbouwmeesters from Dutch to English

scheepsbouwmeesters:

scheepsbouwmeesters [de ~] nomen, plural

  1. de scheepsbouwmeesters
    the ship-builders; the naval architects

Translation Matrix for scheepsbouwmeesters:

NounRelated TranslationsOther Translations
naval architects scheepsbouwmeesters scheepsbouwingenieurs
ship-builders scheepsbouwmeesters scheepsbouwers

Related Words for "scheepsbouwmeesters":


scheepsbouwmeesters form of scheepsbouwmeester:

scheepsbouwmeester [de ~ (m)] nomen

  1. de scheepsbouwmeester (scheepsbouwkundige)
    the ship builder; the naval architect

Translation Matrix for scheepsbouwmeester:

NounRelated TranslationsOther Translations
naval architect scheepsbouwkundige; scheepsbouwmeester scheepsbouwingenieur
ship builder scheepsbouwkundige; scheepsbouwmeester

Related Words for "scheepsbouwmeester":