Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. spiegeling:


Dutch

Detailed Translations for spiegeling from Dutch to English

spiegeling:

spiegeling [de ~ (v)] nomen

  1. de spiegeling (weerspiegeling; reflectie; weerkaatsing; weerschijn)
    the reflection

Translation Matrix for spiegeling:

NounRelated TranslationsOther Translations
reflection reflectie; spiegeling; weerkaatsing; weerschijn; weerspiegeling afspiegeling; bespiegeling; bezinning; gepeins; heroverweging; inkeer; meditatie; overdenking; overdenking met commentaar; overpeinzing; reflectie; spiegelbeeld; weerschijnen; weerspiegelen

Related Words for "spiegeling":

  • spiegelingen