Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. spoeling:


Dutch

Detailed Translations for spoeling from Dutch to English

spoeling:

spoeling [de ~ (v)] nomen

  1. de spoeling
    the flush; the rinse

Translation Matrix for spoeling:

NounRelated TranslationsOther Translations
flush spoeling blos; blozen; opvlieging; roodheid; vapeur
rinse spoeling
VerbRelated TranslationsOther Translations
flush bakstenen voegen; blozen; doorspoelen; doortrekken; gloeien; kleuren; rood worden; spoelen; voegen; wegspoelen
rinse afspoelen; spoelen
AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
flush goed bij kas

Related Words for "spoeling":

  • spoelingen