Noun | Related Translations | Other Translations |
sound
|
|
geluid; intonatie; klank; klankgeluid; klankkleur; klanktint; rumoer; timbre; toon; zeestraat; zeeëngte
|
Verb | Related Translations | Other Translations |
sound
|
|
beieren; bellen; doorklinken; echoën; galmen; iemand opbellen; klank voortbrengen; klinken; klokluiden; luiden; met sonde onderzoeken; opbellen; resoneren; schallen; sonderen; telefoontje plegen; weergalmen; weerkaatsen; weerklinken; weerschallen
|
Adjective | Related Translations | Other Translations |
convincing
|
aannemelijk; degelijk; gefundeerd; gegrond; logisch; op goede gronden steunend; solide; steekhoudend
|
afdoend; beslissend; klemmend; overtuigend
|
legitimate
|
aannemelijk; degelijk; gefundeerd; gegrond; logisch; op goede gronden steunend; solide; steekhoudend
|
aannemelijk; billijk; gegrond; geldig; gerechtvaardigd; gewettigd; legaal; legitiem; op deugdelijke gronden steunend; rechtmatig; rechtsgeldig; rechtvaardig; valabel; valide; wetmatig; wettelijk; wettig
|
reasonable
|
aannemelijk; degelijk; gefundeerd; gegrond; logisch; op goede gronden steunend; solide; steekhoudend
|
aannemelijk; acceptabel; billijk; geloofwaardig; geschikt; hebbelijk; passende; plausibel; redelijk; schappelijk; waarschijnlijk
|
solid
|
aannemelijk; degelijk; gefundeerd; gegrond; logisch; op goede gronden steunend; solide; steekhoudend
|
betrouwbaar; degelijk; degelijke; deugdelijk; ferm; fiks; flink; gedegen; robuust; solide; sterk; stevig; stevig gebouwd; van goede hoedanigheid
|
sound
|
aannemelijk; degelijk; gefundeerd; gegrond; logisch; op goede gronden steunend; solide; steekhoudend
|
betrouwbaar; degelijk; degelijke; deugdelijk; doortimmerd; gedegen; kredietwaardig; solvabel; solvent; van goede hoedanigheid
|
valid
|
aannemelijk; degelijk; gefundeerd; gegrond; logisch; op goede gronden steunend; solide; steekhoudend
|
aannemelijk; arbeidsgeschikt; geldend; geldig; geschikt; in staat te werken; valabel; valide
|