Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. stevenen:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for stevende from Dutch to English

stevende form of stevenen:

stevenen verb (steven, stevent, stevende, stevenden, gestevend)

  1. stevenen
    to head for; to make for; to steer for
    • head for verb (heads for, headed for, heading for)
    • make for verb (makes for, made for, making for)
    • steer for verb (steers for, steered for, steering for)

Conjugations for stevenen:

o.t.t.
  1. steven
  2. stevent
  3. stevent
  4. stevenen
  5. stevenen
  6. stevenen
o.v.t.
  1. stevende
  2. stevende
  3. stevende
  4. stevenden
  5. stevenden
  6. stevenden
v.t.t.
  1. heb gestevend
  2. hebt gestevend
  3. heeft gestevend
  4. hebben gestevend
  5. hebben gestevend
  6. hebben gestevend
v.v.t.
  1. had gestevend
  2. had gestevend
  3. had gestevend
  4. hadden gestevend
  5. hadden gestevend
  6. hadden gestevend
o.t.t.t.
  1. zal stevenen
  2. zult stevenen
  3. zal stevenen
  4. zullen stevenen
  5. zullen stevenen
  6. zullen stevenen
o.v.t.t.
  1. zou stevenen
  2. zou stevenen
  3. zou stevenen
  4. zouden stevenen
  5. zouden stevenen
  6. zouden stevenen
en verder
  1. ben gestevend
  2. bent gestevend
  3. is gestevend
  4. zijn gestevend
  5. zijn gestevend
  6. zijn gestevend
diversen
  1. steven!
  2. stevent!
  3. gestevend
  4. stevenend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for stevenen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
head for stevenen aanhouden op; aansturen; aansturen op; aflopen; afstevenen; afstevenen op; afstomen op; afvaren op; koers zetten naar; vervoegen; zich begeven naar
make for stevenen aanhouden op; aanpassen; aansturen op; aflopen; afstevenen op; afstomen op; afvaren op; bedoelen; beogen; geschikt maken; koers zetten naar; ten doel hebben; vervoegen; zich begeven naar
steer for stevenen aanhouden op; aansturen op; afstevenen op; afstomen op; afvaren op

Related Words for "stevenen":


Wiktionary Translations for stevenen:

stevenen
verb
  1. To project upward