Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. stickie:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for stickie from Dutch to English

stickie:

stickie [het ~] nomen

  1. het stickie
    the reefer; the joint
  2. het stickie
    the reefer

Translation Matrix for stickie:

NounRelated TranslationsOther Translations
joint stickie draai; geleding; gelid; gewricht; gewrichtsknobbel; kink; knoop; kronkel; las; lasnaad; lus; lusvormige kromming; rij manschappen; verbinding van beenderen; verbinding van lichaamsdelen; welnaad
reefer stickie jas; jasje; jekker
AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
joint aaneengesloten; algemeen; een eenheid vormend; gemeenschappelijk; meer personen betreffend; samenhangend; verbonden; verenigd

Related Words for "stickie":

  • stickies

Wiktionary Translations for stickie:

stickie
noun
  1. marijuana cigarette

Cross Translation:
FromToVia
stickie joint; reefer; spliff; stick joint — Cigarette au cannabis