Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. tussenruimte:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for tussenruimte from Dutch to English

tussenruimte:

tussenruimte [de ~ (v)] nomen

  1. de tussenruimte (kloof; uitsparing; spleet; opening)
    the fissure; the crevice; the opening; the recess; the cranny; the space

Translation Matrix for tussenruimte:

NounRelated TranslationsOther Translations
cranny kloof; opening; spleet; tussenruimte; uitsparing barst; gat; groef; inkeping; kloof; opening; reet; scheur; split; uitsparing
crevice kloof; opening; spleet; tussenruimte; uitsparing barst; gat; groef; inkeping; kloof; opening; reet; scheur; split; uitsparing
fissure kloof; opening; spleet; tussenruimte; uitsparing barst; gat; gleuf; groef; inkeping; kier; kloof; opening; ravijn; reet; rotsspleet; scheur; sleuf; splijting; split; uitsparing
opening kloof; opening; spleet; tussenruimte; uitsparing aanvang; afzetgebied; afzetmarkt; barst; begin; bijt; gat; groef; inkeping; inzet; kloof; ontsluiten; ontsluiting; opening; openlegging; openmaken; openstelling; reet; scheur; split; start; uitsparing; wak
recess kloof; opening; spleet; tussenruimte; uitsparing bekorting; besnoeiing; besparing; bezuiniging; inkrimping; kostenbesparing; onderbreking; pauze; reces; rustpauze; tussenpoos; verkorting; verpozing
space kloof; opening; spleet; tussenruimte; uitsparing Space; afstand; distantie; eindpunt; heelal; luchtruim; periode; ruimte; spatie; termijn; tijdsbestek; tijdsduur; universum; wereldruimte
VerbRelated TranslationsOther Translations
space spatieren; spatiëren; van spaties voorzien
AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
opening inleidend; introducerend; voorafgaand; voorgaand

Related Words for "tussenruimte":


Wiktionary Translations for tussenruimte:

tussenruimte
noun
  1. small opening or space