Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. veelvuldigheid:
  2. veelvuldig:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for veelvuldigheid from Dutch to English

veelvuldigheid:

veelvuldigheid [de ~ (v)] nomen

  1. de veelvuldigheid
    the frequency; the number of times

Translation Matrix for veelvuldigheid:

NounRelated TranslationsOther Translations
frequency veelvuldigheid aantal keren; frequentie; frequentieband; golflengte; hertzgolf; trillingsfrequentie; trillingsgetal
number of times veelvuldigheid aantal keren; frequentie

Related Words for "veelvuldigheid":


veelvuldigheid form of veelvuldig:


Translation Matrix for veelvuldig:

AdverbRelated TranslationsOther Translations
frequently dikwijls; frequent; meermaals; menigmaal; regelmatig; vaak; veelvuldig geregeld; met vast ritme; op vaste tijden; regelmatig; regulier; vaak; veel
many times dikwijls; frequent; meermaals; menigmaal; regelmatig; vaak; veelvuldig
often dikwijls; frequent; meermaals; menigmaal; regelmatig; vaak; veelvuldig doorgaans; geregeld; meestal; met vast ritme; regelmatig; vaak; veel; veelal
repeatedly herhaaldelijk; meermaals; telkens; veelvuldig
ModifierRelated TranslationsOther Translations
time and time again herhaaldelijk; meermaals; telkens; veelvuldig

Related Words for "veelvuldig":


Wiktionary Translations for veelvuldig:

veelvuldig
adjective
  1. vaak
veelvuldig
adjective
  1. various in kind or quality
  2. done or occurring often

Cross Translation:
FromToVia
veelvuldig often; common; frequent; frequently häufig — vielfach vorkommend, viele Male, immer wieder auftretend
veelvuldig frequent fréquent — Qui se reproduire souvent.