Summary
Dutch
Detailed Translations for verfrommeld from Dutch to English
verfrommeld:
Translation Matrix for verfrommeld:
Adjective | Related Translations | Other Translations |
crumpled | verfrommeld | kreukelig; verfomfaaid; verfromfraaid; verkreukeld |
rumpled | verfrommeld | kreukelig; verfomfaaid; verkreukeld |
wrinkled | verfrommeld | geplooid; gerimpeld; kreukelig; rimpelig; verfomfaaid; verkreukeld |
verfrommelen:
-
verfrommelen (verkreukelen; kreukelen)
Conjugations for verfrommelen:
o.t.t.
- verfrommel
- verfrommelt
- verfrommelt
- verfrommelen
- verfrommelen
- verfrommelen
o.v.t.
- verfrommelde
- verfrommelde
- verfrommelde
- verfrommelden
- verfrommelden
- verfrommelden
v.t.t.
- heb verfrommeld
- hebt verfrommeld
- heeft verfrommeld
- hebben verfrommeld
- hebben verfrommeld
- hebben verfrommeld
v.v.t.
- had verfrommeld
- had verfrommeld
- had verfrommeld
- hadden verfrommeld
- hadden verfrommeld
- hadden verfrommeld
o.t.t.t.
- zal verfrommelen
- zult verfrommelen
- zal verfrommelen
- zullen verfrommelen
- zullen verfrommelen
- zullen verfrommelen
o.v.t.t.
- zou verfrommelen
- zou verfrommelen
- zou verfrommelen
- zouden verfrommelen
- zouden verfrommelen
- zouden verfrommelen
diversen
- verfrommel!
- verfrommelt!
- verfrommeld
- verfrommelend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for verfrommelen:
Noun | Related Translations | Other Translations |
ripple | golfje; rimpeling | |
wrinkle | gezichtsrimpel; huidrimpel; kreukel; lijn; rimpel; valse vouw | |
Verb | Related Translations | Other Translations |
ripple | kreukelen; verfrommelen; verkreukelen | kabbelen; rimpelen |
rumple | kreukelen; verfrommelen; verkreukelen | kreuken; rimpelen |
wrinkle | kreukelen; verfrommelen; verkreukelen | kreuken; rimpelen |
Wiktionary Translations for verfrommelen:
verfrommelen
Cross Translation:
verb
-
(overgankelijk) iets pletten, in elkaar drukken en/of samenknijpen tot een bolletje
- verfrommelen → to crumple up
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• verfrommelen | → crumple; rumple; crease | ↔ froisser — frotter fortement, meurtrir par une pression violente. |